Een actieve vredespolitiek
We kiezen voor een actieve vredespolitiek. Defensie betekent “verdediging” en staat niet voor buitenlandse interventies die chaos, vluchtelingen en terrorisme creëren. We roepen de militarisering van de begroting en samenleving een halt toe. We strijden voor een wereld die militaire budgetten afbouwt in plaats van ze te verhogen. Vrede komt er door ontwapening, niet door bewapening. We werken aan een kernwapenvrije wereld. Dat is echte veiligheid.
De wereld hunkert naar vrede. We willen oorlogsdreiging vervangen zien door respect voor soevereiniteit en territoriale integriteit zoals dat staat in het Handvest van de Verenigde Naties. We willen een wereld die vrede en veiligheid garandeert via ontwapening.
Het gaat vandaag de andere kant uit. De buitenlandse politiek van de VS en hun Navo-bondgenoten gaat niet over vrede, mensenrechten of democratie. Dan was het bondgenootschap met Israël en met Saoedi-Arabië immers ondenkbaar geweest. Het is een buitenlandse politiek – van diplomatieke druk over sancties tot militaire inmenging – ten dienste van strategische en economische belangen. Daarom zijn de VS actief betrokken bij de belangrijkste conflicten.
Westerse militaire interventies zorgen niet voor vrede, veiligheid en stabiliteit. Toch neemt België nog altijd deel aan militaire operaties in het Midden-Oosten. België bombardeerde verwoed Libië mee. Het Belgische leger is aanwezig in Mali, de Sahel, de Centraal-Afrikaanse Republiek en ook nog altijd in Afghanistan.
Dominique de Villepin, de Franse ex-minister van Buitenlandse Zaken die in 2003 in de VN-veiligheidsraad de oorlog tegen Irak afwees, verwoordde het zo: “Het wordt tijd dat de westerse landen, Europa en de Verenigde Staten, de lessen trekken uit de ervaring sinds Afghanistan 15 jaar geleden. We hebben veelvuldig militair ingegrepen. Afghanistan, Irak, Libië, Mali … Met welk resultaat? In 2001 bestond er één centrale terroristische crisishaard. Vandaag zijn het er bijna vijftien. Dat wil zeggen dat wij ze vermenigvuldigd hebben.”
België werkt ook mee aan Navo-oefeningen in Oost-Europa, aan de grenzen met Rusland. Dat is problemen zoeken en veroorzaken.
Oorlogvoeren is duur. De interventie in Libië kostte België 40 miljoen euro. De Belgische deelname in Afghanistan kostte in 2012 meer dan 100 miljoen euro. Het is tijd om conclusies te trekken en het roer om te gooien.
De hamvraag is: welke rol zie wij voor het Belgische leger? Kiezen we voor een uitrusting die ons luchtruim bewaakt of voor gevechtsvliegtuigen en drones die bommen droppen op andere landen? We wijzen wapenwedloop, oorlogstaal en militaire interventies af. Natuurlijk is een wereld zonder oorlogen en militaire conflicten nog niet voor morgen, maar ons buitenlands beleid moet kiezen voor een breuk met de imperialistische oorlogslogica.
Het is ook een kwestie van democratie. In België is de zo gewichtige beslissing om ten oorlog te trekken geen bevoegdheid van het parlement, maar enkel van de regering. Die kan dus op eigen houtje beslissen een ander land te gaan bombarderen. Alleen wanneer de regering in lopende zaken is, moet het parlement stemmen om oorlog te voeren.
Deze kwestie was het voorwerp van de eerste stem die Marco Van Hees en Raoul Hedebouw, onze twee volksvertegenwoordigers in het federale parlement, moesten uitbrengen. Op 26 september 2014 was de PVDA de enige partij om te zeggen – en te stemmen – dat bombardementen in Irak niets aan de toestand in het Midden-Oosten gingen verhelpen. Vandaag is duidelijk hoezeer zij het gelijk aan hun kant hadden.
Een. Defensie is verdediging: geen geld voor oorlog
- We willen rond defensie een samenwerking met buurlanden strikt in het kader van de verdediging van het grondgebied, niet voor aanvallende activiteiten of voor op aanval gerichte bewapening.
- We focussen ons buitenlandbeleid op steun aan regionale vredesonderhandelingen.
- We steunen alleen missies in het kader van VN-opdrachten van vredeshandhaving. Dat doen we enkel onder strikte voorwaarden en met het oog op een specifieke capaciteit die ter plaatse ontbreekt.
- We kopen geen nieuwe gevechtsvliegtuigen en stoppen het onderzoek naar en investeringen in offensieve wapens zoals gewapende drones.
- We werken aan een openbaar investeringsprogramma voor reconversie van de wapenindustrie.
Oorlog is voor ons geen middel van buitenlandse politiek. Wij willen een zuiver defensieve defensie. We gooien de centrale taak van ons leger om. Het gaat niet langer om buitenlandse missies en interventies. Het gaat om puur defensieve taken. Het officieel neutrale Zwitserland kan hier een inspiratie zijn.
Meer wapens willen is wapenwedloop en geen veiligheidspolitiek. Aan vrede werken is: de militarisering stoppen en de defensie-uitgaven afbouwen. We kopen geen nieuwe gevechtsvliegtuigen. We stoppen het onderzoek naar en de investeringen in offensief militair wapentuig zoals gewapende drones. Geen aankoop daarvan! We maken dat geld vrij voor internationale samenwerking, voor onze sociale zekerheid, voor de strijd tegen de klimaatcrisis. De aankoop van 34 nieuwe F-35 gevechtsvliegtuigen kost het land 15 miljard euro terwijl 16% van de bevolking in armoede leeft. Met het budget van slechts zeven zulke gevechtsvliegtuigen kunnen we het tekort in de sociale zekerheid voor een jaar wegwerken. Voor de verdediging van het Belgische luchtruim hebben we maar vier à vijf gevechtsvliegtuigen nodig.
Een actieve vredespolitiek, dat is: de oorlogseconomie doorbreken. Het is: geen olie op het vuur gooien. Het is: de financiële en economische zuurstof van conflicten afsnijden en lokaal onderhandelde oplossingen alle kansen geven, met respect voor de soevereiniteit van de volkeren.
We investeren in de vredesdiplomatie. Lokale en regionale vredesakkoorden hebben de meeste kansen op slagen. Alle oorlogen eindigen aan de onderhandelingstafel. Landen moeten soeverein kunnen zijn, zodat de eigen bevolking het voor het zeggen kan krijgen. In België willen we transparantie en inspraak van de burgers in alle belangrijke beslissingen inzake defensie en buitenlandse politiek. We willen bindende volksraadplegingen rond fundamentele kwesties inzake oorlog en vrede.
Naar het voorbeeld van de ontmijningsmissie in Libanon kan België opdrachten van vredeshandhaving opnemen, zij het enkel in het strikte kader van een multilateraal regionaal vredesakkoord, met inspraak van het gastland en met respect voor het internationaal recht en het Handvest van de Verenigde Naties.
Door de triple lock kunnen Ierse troepen slechts op vredesmissie mits een akkoord van de VN-veiligheidsraad, de regering en het parlement. Zo’n “driedubbel slot” willen we ook voor België. Want kiezen voor een actieve vredespolitiek houdt in: westerse militaire inmenging en wapenwedloop weigeren.
Twee. Naar een kernwapenvrije wereld
- We willen geen kernwapens op ons grondgebied en eisen de onmiddellijke verwijdering van de kernwapens die in Kleine Brogel gestockeerd liggen.
- We tekenen het VN-verdrag voor het verbod op kernwapens.
- We duwen België in een actieve diplomatieke rol voor de vernietiging van het nucleaire arsenaal in de wereld.
Het VN-Verdrag op het verbod van kernwapens is goed een jaar oud. Dat verdrag is een logische stap richting kernwapenvrije wereld. 122 landen tekenden het. Maar België boycotte de onderhandelingen. Nochtans wil 66% van de Belgen dat de federale regering dat kernwapenverbod ondertekent. De regering motiveerde haar weigering laconiek: de Navo, waarmee België met kernmachten als de VS, Groot-Brittannië en Frankrijk een bondgenootschap vormt, vindt kernwapens essentieel. De VS moderniseren hun kernwapenarsenaal van ongeveer 6.450 kernkoppen. Daarom trekken zij zich terug uit de nucleaire ontwapeningsakkoorden en ontwikkelt Washington kleinere kernwapens. In 2018 werkte de Amerikaanse administratie een nieuwe nucleaire doctrine uit waarin kernwapens makkelijker inzetbaar worden. Dat is een stap naar de normalisering van een nucleaire oorlog.
De regering moet het over een andere boeg gooien en actief opkomen voor nucleaire ontwapening, zoals de bevolking het wil. We moeten mee het voortouw nemen en andere staten overtuigen. Het maatschappelijk draagvlak voor het uitbannen van kernwapens was sinds de jaren 1980 nooit zo groot. Dit momentum moeten we aangrijpen. België is een van de weinige landen ter wereld waar zich Amerikaanse kernwapens bevinden. Die kernwapens worden nu vernieuwd: ze worden preciezer en minder groot. Ze kunnen een stad als Antwerpen volledig van de kaart vegen. Voor ons is dit het uitgelezen moment om die kernbommen op ons grondgebied in vraag te stellen. De kernwapens in Kleine Brogel moeten weg. Andere Navo-landen deden het ons al voor: Griekenland, Groot-Brittannië en Duitsland hebben jaren geleden beslist geen Amerikaanse kernwapens meer op hun grondgebied toe te laten.
Drie. Internationale samenwerking, tegen militaire avonturen
- We trekken ons terug uit militaire bondgenootschappen die ons meesleuren in oorlogsavonturen onder leiding van Trump en de VS. We halen België uit de Navo en de Navo uit België.
- We zorgen ervoor dat Belgische havens en luchthavens niet meer gebruikt worden voor de doorvoer van militair gevechtsmaterieel.
- We investeren niet in initiatieven die kaderen in het Europees gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) of in een EU-interventieleger.
Sinds de jaren 1990 schakelde de Navo een versnelling hoger. De nieuwe Global NATO wil op elk moment bijna overal ter wereld kunnen interveniëren. Om zo de economische en strategische belangen van de imperialistische machten te beschermen. Onder Trump nam het militaire budget van de VS exponentieel toe. De VS hebben het sterkste leger ter wereld en geven op hun eentje meer uit aan defensie dan China, Rusland, Saoedi-Arabië, India, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Japan samen. Trump eist dat ook de Navo-bondgenoten hun militaire uitgaven verhogen. De Europese bondgenoten gaven volgaarne toe. De Navo-lidstaten zullen hun uitgaven tegen 2024 met 234 miljard euro optrekken, met daarbij een onmiddellijke stijging met tientallen miljarden euro. De nieuwe begroting van de Europese Unie voorziet miljarden voor multinationale wapenconcerns. De Navo-doelstelling om 2% van het bbp aan oorlog te spenderen komt voor België neer op jaarlijks 5 miljard euro meer voor “defensie”.
De Navo is een agressieve oorlogsalliantie met ambities van de Filippijnen tot Colombia. Wij willen zo’n alliantie niet, wij willen een actief vredesbeleid. De Navo beschouwt kernwapens als een hoeksteen van haar beleid. Wij willen het VN-Verdrag over het verbod op kernwapens gerespecteerd zien. De Navo wil meer geld voor wapens. Wij willen meer geld voor sociale en ecologische vooruitgang. Het zijn twee tegengestelde visies. Daarom moeten we uit de Navo stappen. Ook landen als Zweden, Finland, Ierland, Oostenrijk en Zwitserland zijn geen lid van de Navo. Waarom zou ons land dat niet kunnen?
Voor verdediging en ontwapening streven we naar samenwerking met buurlanden. Maar de samenwerkingsverbanden op Europees vlak gaan steevast in de richting van een Europees leger met de visie van het Europees militair-industrieel complex. Europese wapenmultinationals worden ook met geld overgoten. We moeten de breuk maken met deze visie die in artikel 42 van het EU-verdrag verwoord staat. We willen een Europese samenwerking die juist dient om minder in oorlog te investeren. Het is een Europese samenwerking die volledig indruist tegen de Europese Verdragen en tegen het Europees gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB).
Vier. Vrede in het Midden-Oosten
- We ijveren voor de rechten van het Palestijnse volk. We willen Israël verplichten het internationale recht te respecteren via een militair embargo en een boycot van producten uit Israël.
- We verhinderen economische missies naar Israël en sanctioneren Belgische bedrijven die medeplichtig zijn aan de Israëlische bezetting.
- We steunen initiatieven voor heropbouw, dialoog en verzoening in de brede regio van het Midden-Oosten op vraag van betrokken partijen.
- We pleiten voor een Europees embargo op wapenverkoop aan Saoedi-Arabië en andere Golfstaten die betrokken zijn bij terrorisme of oorlogen, zoals Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten.
- We veroordelen de Amerikaanse opzegging van het nucleaire akkoord met Iran en verzetten ons tegen Amerikaanse sancties tegen dat land.
Al decennialang zijn de Europese Unie en België medeplichtig aan de kolonisatie van Palestina door de Israëlische staat, een kolonisatie die het hele Midden-Oosten ontwricht. Daardoor zijn België en de EU medeplichtig aan de vernietiging van huizen en olijfbomen, aan het opsluiten van kinderen en aan een woekerende apartheid. Ze zijn medeplichtig aan de Israëlische blokkade die Gaza totaal onleefbaar maakt. Medeplichtig aan het met scherp schieten van soldaten op vreedzame demonstranten die een waardig leven en een recht op terugkeer eisen. Dat moet stoppen.
De internationale campagne Boycot Apartheid was een grote hulp voor het omverwerpen van het Zuid-Afrikaanse racistische regime. Zolang de Israëlische regering het internationaal recht en de rechten van de Palestijnen weigert te respecteren, is ook tegen de Israëlische apartheid een boycot de aangewezen eerste maatregel. We nemen daarom met België actief deel aan de internationale BDS-campagne – Boycott, Divestment, Sanctions. We stoppen de import en verkoop van producten uit Israël. We stoppen met economische missies naar Israël. Bedrijven die banden hebben met de bezetting van Palestina, sluiten we uit van openbare aanbestedingen.
Vrede in het Midden-Oosten, het is een grote verzuchting. De gevolgen van jarenlange westerse interventie oorlogen in deze regio zijn dan ook dramatisch. De oorlog tegen Irak kostte 1 miljoen levens. Minstens 165.000 Irakese burgers stierven als direct gevolg van de invasie. Een veelvoud daarvan stierf aan neveneffecten: ondervoeding, milieuaantasting, de vernielde leefinfrastructuur. De vernietiging van Irak leidde tot de opkomst van IS. De oorlog in Afghanistan blijft maar voortwoeden. Hij verspreidde het terrorisme van Kaboel tot Mali in westelijk Afrika. Libië bestaat niet meer als land, allerlei facties vechten er om de macht, er woedt slavenhandel, mensen worden er gemarteld en gedood. Navo-bondgenoot Saoedi-Arabië voert een criminele oorlog in Jemen. Dertien miljoen mensen worden er met hongersnood bedreigd. De oorlog in Syrië duurt inmiddels zeven jaar. De destabilisering van het land dreef 5,6 miljoen Syriërs op de vlucht.
België moet zijn houding tegenover de Golfstaten herbepalen. Zoals de VS en andere EU-lidstaten verkoopt ons land wapens aan Saoedi-Arabië, dat met die wapens in Jemen een hongersnood van miljoenen creëert. Er moet een Europees embargo komen op wapenverkopen naar Saoedi-Arabië en andere Golfstaten als Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten die betrokken zijn bij terrorisme en oorlogen. Mits een strikte toepassing van de Europese regelgeving en van de gewestelijke wapenwetgevingen kan er trouwens geen sprake zijn van wapenexport naar deze landen.
Na Irak, Afghanistan, Libië, Syrië en Jemen wordt nu Iran bedreigd door Trump en Israël. Iran hield zich aan de afspraken van het akkoord over zijn nucleair programma. Er is dan ook alle reden voor België om samen met Europese partners de Amerikaanse sancties tegen Iran te ondergraven en om de Amerikaanse opzegging van het nucleair akkoord te veroordelen. Omwille van de Israëlische atoomwapens zetten andere landen de stap om een eigen atoomprogramma te beginnen. Daarom begint het kernwapenvrij maken van het Midden-Oosten met de kernontwapening van Israël.
Na zeven jaar oorlog moet Syrië geholpen worden bij de wederopbouw. Indien de betrokken partijen België erom vragen, willen we hulp aandragen voor initiatieven rond de heropbouw, de dialoog en de verzoening.