Een inclusief beleid voor mensen met een handicap
Mensen met een handicap worden vaak belemmerd in de uitoefening van hun mensenrechten. Ze dienen gelijke kansen te krijgen om zichzelf te ontwikkelen, hun leven te leiden naar eigen keuze en hun talenten erkend te zien. Vandaag respecteert de overheid die rechten niet. Meer dan 20.000 mensen met een handicap wachten op ondersteuning. Wij willen een inclusieve samenleving die alle drempels wegwerkt en de gepaste ondersteuning van mensen met een handicap garandeert.
Om de mensenrechten van personen met een handicap te verzekeren is er het VN-Verdrag van 13 december 2006. Dat Verdrag bepaalt dat zij volkomen gelijkwaardig moeten kunnen deelnemen aan de samenleving en hetzelfde recht op arbeid moeten hebben als alle anderen. Dat recht houdt in dat ze de mogelijkheid krijgen in hun levensonderhoud te voorzien via een vrij gekozen job op de arbeidsmarkt in een open, inclusieve arbeidsomgeving. Maar werk vinden is voor mensen met een handicap extra moeilijk. Slechts 1 op 4 heeft een job en slechts de helft van die jobs is aangepast aan hun specifieke behoeften.
Personen met een handicap moeten zelf kunnen kiezen waar ze wonen en met wie ze samenleven. Ze moeten ook beroep kunnen doen op zorg en ondersteuning via hulpdiensten, persoonlijke assistentie en betaalbare, toegankelijke, in de wijk ingebedde voorzieningen voor zij die dat wensen. Het VN-Verdrag vertrekt niet van het idee dat personen met een handicap zich moeten aanpassen aan hun omgeving, maar wel dat het beleid de belemmeringen aanpakt die hun deelname aan het economische, sociale en culturele leven in de weg staan.
Wij willen dat België het VN-Verdrag volledig implementeert. Wij willen een solidaire samenleving waar mensen met een handicap zich kunnen ontplooien en volop deelnemen aan de samenleving. Vandaag is dat jammer genoeg geen prioriteit van het beleid. Maar liefst 21.000 mensen met een handicap zijn in Vlaanderen volledig afhankelijk van hun familie, omdat zij op een wachtlijst staan voor de zorg en de ondersteuning waar ze nochtans recht op hebben. Dat is een schrijnend falen van de Vlaamse regering, dat we de afgelopen jaren steeds opnieuw hebben aangeklaagd op straat en in het parlement.
Een. Alle personen met een handicap hebben recht op ondersteuning en zorg
- Personen met een handicap horen niet op een wachtlijst terecht te komen als ze zorg en ondersteuning nodig hebben.
- We verplichten de overheid automatisch een budget toe te kennen aan iedereen die zorg en ondersteuning nodig heeft, ook mensen die nog familie hebben.
- We ontwikkelen een gevarieerd en voldoende groot aanbod van diensten die er voor zorgen dat mensen met een handicap zo zelfstandig mogelijk kunnen wonen.
- Voor personen met een handicap die ervoor kiezen niet thuis te wonen, garanderen we betaalbare, in de wijk ingebedde, kleinschalige voorzieningen met voldoende personeel.
- De overheid voorziet een toegankelijk agentschap voor het hele land dat bevoegd is voor het toekennen van alle tegemoetkomingen, uitkeringen, budgetten en informatie.
De wachtlijsten voor mensen met een handicap zijn de schandvlek op het beleid van de Vlaamse Regering. Sinds de staatshervorming van 2014 is de sector een volledig Vlaamse bevoegdheid. Maar wat Vlaanderen zelf doet, doet het duidelijk niet beter. Ondanks de belofte van minister van Welzijn Jo Vandeurzen (cd&v) in 2017 om zorggarantie te voorzien voor alle mensen met een handicap, zijn de wachtlijsten anno 2023 langer dan ooit.
Geen enkele persoon met een handicap mag nog op een wachtlijst staan voor ondersteuning. Dat is wat Lise Vandecasteele, parlementslid voor de PVDA, sinds dag één in het Vlaams Parlement duidelijk maakte aan de Vlaamse Regering. Ook de sector pikt de wachtlijsten niet langer en was massaal aanwezig op verschillende betogingen en acties. Met succes: de Vlaamse Regering schoof met budgetten en de wachtlijst voor de hoogste prioriteitengroep werd (tijdelijk) weggewerkt. Maar dat is onvoldoende. Wij willen dat de regering de wachtlijsten voor iedereen die zorg en ondersteuning nodig heeft wegwerkt. Ook voor mensen die ‘minder prioritair’ zijn omdat ze nog familie hebben of ‘net iets mindere handicap’ hebben.
Na die beperkte investeringen zijn de wachtlijsten opnieuw gegroeid. 16.880 volwassenen staan op een wachtlijst voor een persoonsvolgend budget, 1579 kinderen voor een persoonlijk assistentiebudget en 2.611 jongeren wachten op toegang tot een multifunctioneel centrum. In totaal zijn er zo 21.000 mensen die afhankelijk blijven van hun familie om de zorg te krijgen waar ze recht op hebben. Zonder enig perspectief wachten zij op een nieuw budget. De persoon die vandaag het langst wacht, heeft al in 2002 bevestiging gekregen dat hij of zij recht heeft op ondersteuning vanwege een handicap. Dat is meer dan 20 jaar geleden.
Vandaag probeert de Vlaamse Regering via allerhande alternatieven, zoals deelbudgetten of het doorverwijzen naar de rechtstreeks toegankelijke hulp, de broodnodige investeringen te ontwijken. Wij gaan daar niet mee akkoord. We verplichten de overheid automatisch een budget toe te kennen aan iedereen die zorg en ondersteuning nodig heeft, ook mensen die nog familie hebben. Uit informatie die parlementslid Lise Vandecasteele opvroeg bij de minister blijkt dat het wegwerken van alle wachtlijsten zo’n 756 miljoen euro zou kosten. Dat lijkt een grote som, maar alle mensen hebben recht om volwaardig deel te nemen aan de maatschappij. Zonder hulp worden zij en de familieleden die genoodzaakt zijn om hen zorg en ondersteuning te bieden, uitgesloten. Het is onaanvaardbaar dat dergelijk onrecht om budgettaire redenen wordt overeind gehouden.
Zorg en ondersteuning krijgen moet niet alleen financieel haalbaar zijn, maar ook kwaliteitsvol en betaalbaar. We ontwikkelen een gevarieerd en voldoende groot aanbod van zorg en ondersteuning aan huis zodat mensen met een handicap zo zelfstandig mogelijk kunnen wonen. Daarvoor is uiteraard ook voldoende personeel nodig, wiens arbeidsvoorwaarden we verbeteren. Voor personen met een handicap die ervoor kiezen niet thuis te wonen, garanderen we betaalbare, in de wijk ingebedde, kleinschalige voorzieningen met voldoende personeel.
De regionalisering van de sector voor personen met een handicap heeft niet gezorgd voor een betere aanpak. Bovendien heeft het geleid tot een kluwen van bureaucratische methodes om in aanmerking te komen voor een inkomensvervangende tegemoetkoming, persoonsvolgende financiering, de tegemoetkomingen voor niet medische-zorg en het aanschaffen van hulpmiddelen of aanpassingen aan de woning of de wagen. Telkens opnieuw moet je als persoon met een handicap de weg naar het juiste budget vinden en bewijzen of je wel gehandicapt genoeg bent om in aanmerking te komen. Wij willen één toegankelijk agentschap voor het hele land dat bevoegd is voor alle tegemoetkomingen en het geven van informatie. Iedereen heeft recht op alle informatie om de juiste ondersteuning te verkrijgen.
Twee. Aangepast werk voor mensen met een handicap
- Personen met een handicap hebben het recht om te werken, bij voorkeur in het reguliere circuit.
- We willen dat 5 procent van de jobs in de openbare sectoren en in de privébedrijven met meer dan 20 werknemers aangepast is voor mensen met een handicap. Daarbij is er aandacht voor de mogelijkheid tot deeltijds werken en een takenpakket op maat.
- We streven naar een samenleving zonder armoede. We verhogen de uitkeringen en tegemoetkomingen zodat alle personen met een handicap een inkomen hebben boven de armoededrempel.
- Het inkomen van de partner heeft vandaag nog steeds een invloed op de inkomensvervangende tegemoetkoming. Wij vragen om deze ‘prijs van de liefde’ los te koppelen zodat de inkomensonafhankelijkheid gegarandeerd wordt.
- We willen betere arbeidsomstandigheden voor het personeel van de maatwerkbedrijven. Winstbejag hoort niet thuis in de sociale tewerkstelling.
Personen met een handicap hebben het recht om te werken, met als eerste optie een werkplaats in het reguliere circuit. Ze hebben het recht zelf te kiezen welk werk ze doen en welke loopbaan ze willen doorlopen. Werk is belangrijk: het zorgt voor een inkomen, sociale contacten en het geeft structuur aan het leven. Maar een job vinden is moeilijk voor mensen met een handicap. Slechts 1 op 4 heeft een job, die in de helft van de gevallen niet eens aangepast is aan hun specifieke behoeften.
Dat zo veel mensen met een handicap niet werken komt niet omdat zij niet zouden willen werken. Meer dan de helft van de mensen met een handicap die op zoek zijn naar een job geeft aan nood te hebben aan aangepast werk. Eén op drie geeft aan een aanpassing van de hoeveelheid taken nodig te hebben. Wij willen dit probleem aanpakken door het werk werkbaar te maken. Dat kan door 5 procent van de jobs in de openbare sectoren en in de privébedrijven met meer dan 20 werknemers aan te passen voor mensen met een handicap. Dit betekent bijvoorbeeld dat zij specifieke bijstand krijgen van hun collega’s, die daar tijd voor krijgen. Daarnaast is er nood aan een takenpakket op maat, de kans om deeltijds te werken en een aangepaste accommodatie.
In de eerste plaats moeten personen met een handicap dus terechtkunnen op de reguliere arbeidsmarkt. Zo lang dat niet mogelijk is, blijven maatwerkbedrijven (vroeger bekend als beschutte en sociale werkplaatsen) een belangrijke manier voor mensen met een handicap om te werken en een eigen inkomen te verdienen. Sinds de Vlaamse Regering het maatwerkdecreet invoerde, dat de financiering van maatwerkbedrijven veranderde en stelt dat maatwerkbedrijven financieel rendabel moeten zijn, zien we ook daar meer flexibilisering, zwaarder werk en minder ondersteuning. Wij willen terug naar een degelijke subsidiëring van maatwerkbedrijven, die niet rendabel moeten zijn. Niet het winstbejag, maar de sociale opdracht moet centraal staan: aangepaste tewerkstelling bieden, met de nodige ondersteuning, aan een leefbaar loon.
We streven naar een samenleving zonder armoede, ook voor personen met een handicap. Vandaag leeft 22 procent van de mensen met een handicap, langdurige aandoening of ziekte met het risico op monetaire armoede. Bij de hele bevolking is dat 12 procent. We verhogen de uitkeringen en tegemoetkomingen zodat alle personen met een handicap een inkomen hebben boven de armoededrempel.
Vandaag zijn mensen met een handicap niet enkel afhankelijk van hun familie, indien ze die nog hebben, maar ook van hun partners. Het inkomen van de partner heeft nog steeds een invloed op de inkomensvervangende tegemoetkoming. Wij vragen om deze ‘prijs van de liefde’ los te koppelen zodat volledige inkomensonafhankelijkheid gegarandeerd wordt. Zo kunnen personen met een handicap betekenisvolle relaties aangaan met mensen, zonder dat dit hen financieel afhankelijk maakt.
Drie. Inclusief wonen op maat
- We voorzien betaalbare en toegankelijke woningen voor mensen met een handicap.
- We zorgen voor een volledige vergoeding voor apparaten, toestellen en aanpassingswerken om zelfstandig te wonen.
- We detecteren en bestraffen discriminatie tegenover mensen met een handicap op de private woonmarkt met praktijktesten.
- We financieren kleinschalige initiatieven van zelfstandig (al dan niet begeleid) wonen.
- We passen meer sociale woningen aan voor mensen met een beperkte mobiliteit.
Alle personen met een handicap hebben het recht om te kiezen waar en met wie ze wonen. In de eerste plaats moet het beleid ervoor zorgen dat elke persoon met een handicap zo vaak en zo lang mogelijk thuis kan wonen. Maar anno 2023 leven en verblijven tienduizenden personen met een handicap in gesegregeerde collectieve voorzieningen, samen met andere personen met een handicap die ze niet zelf kiezen. Deze woonvorm beperkt hen in dagelijkse kleine en grote keuzes en vrijheden.
Mensen die overdag en/of ’s nachts in collectieve voorzieningen verblijven maar in een gewoon huis willen gaan wonen, kunnen dat niet zonder de zorg en ondersteuning uit de voorzieningen kwijt te raken. Ook mensen die in een gewoon huis leven, zien hun participatiekansen vaak beperkt door hun afhankelijkheid van diensten, vrijwilligers, familie en vrienden. Het ontbreekt aan een duidelijke planning voor het stimuleren van zelfstandig wonen, wat artikel 19 van het VN-Verdrag nochtans vraagt.
Zoals beschreven in het hoofdstuk ‘van huizenjacht naar recht op wonen’ streven we naar een beleid dat inzet op betaalbare en toegankelijke woningen. We willen meer sociale woningen aanpassen voor mensen met een beperkte mobiliteit. Wij vragen daarnaast om hulpmiddelen op maat, zoals een lift of woonaanpassingen, volledig terug te betalen. Vandaag moet men dit nog steeds deels betalen met het eigen inkomen, wat een drempel is om zelfstandig te wonen.
Personen met een handicap zijn maar al te vaak het slachtoffer van discriminatie op de private huurmarkt. Uit praktijktesten van Stad Gent blijkt dat rolstoelgebruikers die nood hadden aan ‘redelijke aanpassingen’ aan de woonst een pak minder kans hadden op de huurmarkt. Bij eigenaars kregen ze in 23 procent van de gevallen geen of een negatief antwoord. Bij makelaars zelfs in 39 procent van de gevallen. Wij pleiten ervoor om de praktijktesten uit te breiden om problemen te detecteren en bestraffen. In een stad als Gent zien we dat de praktijktesten leiden tot een daling van de discriminatie.
De kleinschalige kwaliteitsinitiatieven voor zelfstandig wonen die vaak worden opgezet door bemiddelde ouders of via crowdfunding, moeten ook kunnen genieten van een volledige collectieve financiering zodat er geen financiële drempels zijn voor wie minder geld heeft.
Vier. Maak de publieke dienstverlening en openbare ruimte toegankelijk
- Ten laatste in 2030 moeten alle trein- en metrostations en bus- en tramhaltes toegankelijk zijn voor mensen met een handicap .
- We versterken de NMBS-dienst die mensen helpt bij het op- en afstappen van de trein.
- We voorzien toegankelijke en betaalbare busjes en auto’s vanuit de overheid zodat mensen met een handicap zich gemakkelijk kunnen verplaatsen indien het openbaar vervoer geen optie is.
- We zorgen ervoor dat alle openbare gebouwen en werkplekken toegankelijk zijn tegen 2030.
Momenteel is het beleid te vaak gericht op het ondersteunen van het individu zodat die zich kan aanpassen aan de omgeving, en te weinig op het aanpassen van de omgeving aan het individu. Mensen met een handicap hebben het recht op toegankelijkheid tot gebouwen, diensten of het openbaar vervoer. Maar vandaag is die toegankelijkheid nog lang geen feit.
Verschillende treinstations zijn bijvoorbeeld niet aangepast aan personen met een handicap om zelfstandig in een rijtuig te stappen. De NMBS heeft als doel om tegen 2025 150 van de 550 stations integraal toegankelijk te maken door het perron te verlagen, liften te installeren en blindegeleidelijnen te voorzien. Wij willen dit in een stroomversnelling brengen en tegen 2030 alle treinstations, maar ook alle bus, tram- en metrohaltes toegankelijk maken.
Gezien het gebrek aan toegankelijkheid in treinstations is er nood aan assistentie om het openbaar vervoer te nemen. Maar in slechts 132 van de 550 stations van de NMBS is het mogelijk om assistentie te vragen. In 41 van die stations moet dat minstens 3 uur op voorhand, in 91 stations zelf meer dan 12 uur op voorhand. En in de 368 overgebleven stations laat de overheid mensen met een beperkte mobiliteit aan hun lot over. Wij versterken de NMBS-diensten zodat de assistentie overal tijdig kan worden voorzien.
Het is in ons land niet altijd mogelijk om het openbaar vervoer te nemen om je te verplaatsen. Mensen met een handicap moeten al te vaak beroep doen op dure, aangepaste, private busjes om ergens te geraken. Daarom voorzien we toegankelijke en betaalbare busjes vanuit de overheid, zodat mensen met een handicap zich gemakkelijk kunnen verplaatsen indien het openbaar vervoer geen optie is.
De Vlaamse Regering heeft in februari 2023 nieuwe, striktere, regels ingevoerd om publieke gebouw en werkplekken toegankelijker te maken. Dat is positief, maar er is ook nood aan een concreet plan en controle om overal volledige toegankelijkheid te realiseren. We maken een plan zodat alle openbare gebouwen toegankelijk zijn voor mensen met een handicap tegen 2030 en verplichten werkplekken maatregelen te nemen om dit eveneens in 2030 te realiseren.