Investeer in jongeren

Jongeren zijn experts, en wel over de plek waar ze wonen, leren en zich amuseren. Indien we hen aan het woord laten, boren we een schat aan voorstellen en engagement aan.

Als het gaat over inspraak, ontspanning en welzijn van jongeren, gaat het onvermijdelijk ook over plaats. Jongeren hebben meer eigen, openbare ruimte nodig. Plaats(en) om bij elkaar te komen en zich uit te leven. Voldoende plaats(en) ook om er de drempels voor deelname aan sport, spel en cultuur mee te kunnen verlagen. Meer plaats: hierbij nemen jeugdwerk en onderwijs ook letterlijk een cruciale plaats in.

Wij willen een echt jongerenbeleid dat vertrekt van het grote potentieel dat de jongeren in zich dragen: zij maken de wereld van morgen. Vanuit hun positie zijn ze gericht op de toekomst. Daarom zijn ze een motor van verandering.

Wat wij willen

Een. Geef jongeren inspraak

  • We geven jongeren vanaf 16 jaar stemrecht.
  • We stellen op elk politiek beleidsniveau een jeugdraad in. Die werkt autonoom en heeft initiatiefrecht in het respectievelijk parlement.
  • We verplichten de overheid advies te vragen aan de jeugdraad over elke beslissing die jongeren aanbelangt, van de organisatie van jeugdhuizen tot beslissingen in het onderwijs.
  • We organiseren een jaarlijkse jongerenenquête om hun behoeften te horen. Bijzondere aandacht gaat naar de inspraak van kansarme jongeren.
  • We betrekken jongeren actief bij het beleid en verlagen de drempels via polls, online fora waar politici reageren, e-democracy, een overheidswebsite …

De overheid houdt maar bitter weinig rekening met jongeren. Ze ziet jongeren als een bron van overlast in plaats van als een echte partner met een mening. Dikwijls slaat ze adviezen van de jeugdorganisaties in de wind. Erger nog, de organisatie en inhoud van jongeren-inspraak wordt dikwijls van bovenaf gedirigeerd. De jeugdraden hebben geen initiatiefrecht in het parlement en worden niet geconsulteerd over budgetten en beslissingen die hen aangaan. Op al die terreinen moet het grondig anders.

De min 18-jarigen kunnen hun stem niet laten horen bij de verkiezingen. De PVDA pleit voor stemrecht vanaf 16 jaar. Daar is een grondwetswijziging voor nodig.

Zonder communicatie in de twee richtingen is er geen democratie. Beleidsmakers moeten beseffen dat jongeren deskundigen zijn als het over hun buurt, hun wijk, hun school gaat. Wil je kunnen zeggen wat je denkt, dan moet er ook naar je geluisterd worden. Een open houding van de overheid is dus een must. Wij willen het beleid zo organiseren dat jongeren hun weg vinden naar de overheid, met bestuursorganen en overheidsinstellingen die actief naar hen toekomen. Dan kan de overheid jongeren beter betrekken en op allerlei manieren naar hun mening vragen. Op de eerste plaats langs structurele organen zoals de jeugdraad. Daar moet van echte vertegenwoordiging en reële jongerenparticipatie sprake zijn. Hier is het belangrijk dat de jeugdraad initiatiefrecht krijgt in de bestuursorganen. Daarnaast moet ook wie geen rechtstreekse band heeft met de jeugdraad haar of zijn ideeën op tafel kunnen leggen. Bijvoorbeeld via een open digitaal forum waarlangs jongeren hun vragen en suggesties kunnen aanbrengen. Wij verwachten van de overheid dat ze zich engageert om op elk van de gestelde vragen een antwoord te geven en de voorstellen die van een voldoende aantal jongeren bijval krijgen, ook effectief te behandelen.

Zo kunnen jongeren hun stem laten horen en partner zijn bij de uitwerking van nieuwe plannen en projecten. Zonder een goed georganiseerd werk met en onder de jongeren komt de politiek niet tot een gemotiveerde medewerking van hen.

Twee. Investeer in cultuur, sport en ontspanning

  • We maken cultuur en sport toegankelijker en goedkoper door de infrastructuur te versterken, meer middelen toe te kennen aan sport- en cultuurverenigingen en via cultuur- en sportcheques.
  • Elke jongere en elke sportclub heeft het recht op een toegankelijke sporthal, een sportterrein of een zwembad in haar of zijn buurt.
  • We moedigen cultuurhuizen aan hun aanbod meer af te stemmen op de jongeren zodat het cultuuraanbod het aandeel van jongeren in de bevolking weerspiegelt.
  • We herinvesteren in de scholen. We stimuleren meer cultuur, poëzie, muziek, zang, beeld, geluid … op school.

Voor jongeren moet de drempel naar sport en cultuur omlaag. Dat wijst ook de Big Ask uit, de grote bevraging van jongerenbeweging RedFox bij 7.500 jongeren.

Door de regeringsbesparingen moesten sport- en dansverenigingen hun lidgelden verhogen. Voor veel mensen is de kostprijs voor de voetbalclub of de dansles te hoog geworden. Het komt erop aan de clubs de mogelijkheid te geven hun prijzen weer te verlagen. Dat kan door hun werkingsmiddelen weer te verhogen. Via een doordacht subsidiebeleid kan de overheid sport en cultuur toegankelijker maken zodat iedereen toegang heeft tot sportinfrastructuur, concertzalen en musea.

Ook de jeugddiensten zelf dienen hun drempel laag te houden. Zo maakte de jeugddienst van Borgerhout al zijn activiteiten gratis, schafte de inschrijving af en trok naar de pleinen waar jongeren zich ophouden. Wij willen het jeugdwerk op het hele Vlaamse niveau met deze insteek georganiseerd zien. In Borgerhout vertienvoudigde de jeugddienst er het aantal bereikte jongeren mee. In dat district kunnen jongeren vanaf 16 jaar ook een opleiding tot steward volgen om dan de zaken op ‘hun’ plein in goede banen te leiden. “Plein Patrons”’ noemt men ze. Het project kwam er op initiatief van de PVDA. Jongeren met verantwoordelijkheid en een missie voelen zich beter in hun vel, én in hun wijk.

Betrek jongeren bij de uitbouw van sport en cultuur, zodat het aanbod overeenstemt met de bevolking. Kunst en cultuur zijn meer dan de Vlaamse Primitieven in een museum. Ze bestaan ook uit nieuwe stads-bands, jonge stand ups in de wijken, YouTube-fenomenen … Ook die vormen van volkscultuur moeten een plaats krijgen. Dat doen we door deze jonge artiesten en hun publiek op te nemen in het cultuurcircuit.

Drie. Meer plaats voor jongeren in de openbare ruimte en voor het jeugdwerk

  • We komen op voor meer lokalen voor jongeren: jeugdhuizen, muziekstudio’s, fuifzalen, clublokalen … Een jeugdlokaal is een vaste ankerplaats voor jongerenwerk.
  • We voorzien meer structurele middelen en personeel voor jeugdorganisaties en jeugdhuizen om bestendig jeugdwerk te kunnen uitbouwen.
  • We betrekken de jeugdsector en de cultuur- en sportverenigingen bij de ontwikkeling van nieuwe openbare ruimte.
  • We geven jongeren vanaf 16 jaar verantwoordelijkheid voor hun eigen plein, in samenwerking met professionele coaches uit het jeugdwerk. We stimuleren deze “Plein Patrons”-projecten.

Het jeugdwerk is voor veel jongeren hun tweede thuis, een plek waar ze zich veilig voelen, vrienden maken en kunnen groeien. Het jeugdwerk haalt jongeren uit hun isolement, doet hen openbloeien en zet ze op weg naar hun eerste job. Jeugdverenigingen doen vandaag schitterend werk. We hebben het dan over het professionele jeugdwerk dat zich met vaste medewerkers vooral richt op de maatschappelijk meer kwetsbare jongeren. Maar ook over vrijwillig jeugdwerk – de jeugdbewegingen. Die bezorgen duizenden jongeren elk weekend en elke zomer de tijd van hun leven.

En toch werken jeugdorganisaties en -verenigingen dikwijls in onzekerheid. Sinds de hervorming van het jeugdbeleid beschikken gemeenten niet over voldoende budget. Bij veel organisaties is een deel van de (project)subsidie te onzeker om te kunnen bouwen aan langdurige projecten. De vermarkting van het jeugdwerk bedreigt de onafhankelijkheid ervan. Het jeugdwerk kraakt onder de werkdruk en het tekort aan geld. Dikwijls is het kiezen tussen besparen, slechte contracten toekennen of tijd vrijmaken om privégeld te zoeken. En dat terwijl iedereen op het terrein maar één ding wil: kwalitatief sterk jeugdwerk. Het professionele jeugdwerk moet weer meer middelen krijgen. Dat zetten wij terug bovenaan op de agenda van de Vlaamse Overheid.

Vier. Stabiel werk voor jongeren

  • We roepen een halt toe aan de te ver doorgedreven flexibilisering. Geen levenslange interim-contracten.
  • We erkennen de studentenjob als volwaardig werk. De job telt mee voor de opbouw van sociale rechten zoals werkloosheid en pensioen en een gegarandeerd loon in geval van ziekte.
  • Wij maken de inperking van het recht op een inschakelingsuitkering voor jongeren ongedaan en trekken de maatregelen van zowel de regering-Di Rupo als de regering-Michel in.

Zelfstandig leven is een recht. En de beste garantie daarvoor is stabiel en kwaliteitsvol werk. Voor een grote groep jongeren wordt dat meer en meer een probleem. Ze krijgen af te rekenen met langere wachtperiodes, met flexi-jobs zoals Deliveroo. Ze moeten van het ene interim of tijdelijk contract naar het andere jobhoppen. De grootste werkgevers in ons land zijn … de interimbedrijven. Die trend moet gekeerd worden zodat jongeren op een degelijke manier hun leven kunnen aanvatten.

Stages bieden jongeren de kans de theoretische kennis uit hun studies of opleiding in de praktijk te brengen. Maar vandaag vervangen stages soms betaalde arbeidsplaatsen en genieten stagiairs meestal niet van sociale bescherming en krijgen ze geen financiële vergoeding.

Aan studentenjobs moeten volwaardige sociale rechten worden toegekend: de job telt mee voor de opbouw van sociale rechten zoals werkloosheid en pensioen.

De inschakelingsuitkering is de uitkering die jonge werkzoekenden krijgen als ze één jaar na het beëindigen van hun studies nog altijd geen werk gevonden hebben. De regering-Di Rupo beperkte de duur van deze uitkering tot 36 maand. Voor de regering-Michel ging dat nog niet ver genoeg. Zij besliste dat de inschakelingsuitkering maar kan tot 25 jaar en dat min 21-jarigen een diploma, getuigschrift of attest moeten kunnen voorleggen. De RVA schat dat het aantal jongeren met recht op een inschakelingsuitkering daardoor met 45 procent is gedaald. Deze maatregel heeft geen significante stijging van de tewerkstellingsgraad bij jongeren teweeggebracht. Het is een pure besparingsmaatregel die de jongeren zwaar treft. Wij willen de maatregel zowel van de regering-Di Rupo als van de regering-Michel ongedaan maken. Als de maatschappij niet voldoende werk biedt, moet ze het recht op sociale zekerheid integraal garanderen.

De econoom Guy Standing (2011) beschrijft hoe grote groepen mensen zich genoodzaakt zien in onderbetaalde, onzekere en onveilige situaties te werken. Binnen Europa leeft 10% van de tewerkgestelde jongeren in armoede. De jonge armen moeten het doen met een laag loon, een beperkte sociale bescherming en precaire werkomstandigheden. Veel jongeren hebben tijdelijke jobs, part-time jobs, interimjobs en stages. Ook het aantal jongeren in interimjobs is heel hoog. De jeugdbeweging KAJ waarschuwt al jaren voor deze ontwikkeling. Het KAJ-zwartboek, waarin meer dan duizend Vlaamse jongeren een plaatsje kregen, maar ook later onderzoek tonen hoe groot de wantoestanden zijn en hoezeer ze de jongeren hun toekomstperspectief afpakken.