Mee beslissen over de maatschappij van morgen

Doet de democratie zijn werk of speelt er een ander soort macht? Een macht die niet om de zoveel tijd herkozen wordt. Het establishment, deze financiële en politieke kaste, controleert en oriënteert de grote beslissingen en probeert een tegenmacht van onderuit klein te houden.

Wij gaan voor een maatschappij waarin het volk echt zijn zeg heeft over de grote vraagstukken van het samenleven: werk, onderwijs, gezondheid, huisvesting, veiligheid, milieu, vrede … De democratie veroveren op de elite is onontbeerlijk, willen we effectief ook maar iets in de praktijk brengen van Abraham Lincolns woorden: “regering van het volk, door het volk en voor het volk”.

Wat wij willen

Een. De inspraak ingrijpend verhogen

  • We voeren een bindend burgerreferendum in. Als 1% van het betrokken kiezerskorps dat vraagt wordt een voorstel of een beslissing voorgelegd aan de bevolking.
  • We zorgen ervoor dat de betrokken actoren uit het middenveld stelselmatig geraadpleegd worden bij elke grote wetswijziging.
  • We beschermen de kritische rol en de onafhankelijkheid van het middenveld.

Hoe zit het met uw inspraak? Wanneer wordt naar uw mening gevraagd? Hoe zit het met uw recht deel te nemen aan de besluitvorming over een maatschappelijk vraagstuk? Ja, wij mogen op kieslijsten een bolletje inkleuren om te kiezen voor vertegenwoordigers van de wetgevende macht. Maar die hebben almaar minder in de pap te brokken. Nog amper 5% van de Belgische wetten komt vanuit het parlement. 95% van de wetten zijn afkomstig van wetsvoorstellen vanuit de regering. Die wetsvoorstellen zijn dikwijls ook nog eens overgeschreven van de richtlijnen van de Europese Unie.

Niet wij maar de Europese Commissie bekrachtigt onze nationale begrotingen. Moeten begrotingen dan niet de democratische oefening zijn om te beslissen over de grote beleidsoriëntaties van een land? Toen zij het Europese Begrotingspact ratificeerden, hebben onze volksvertegenwoordigers de Europese Commissie de volmacht gegeven over alle grote sociale en economische beslissingen.

Aan die beslissingen gaat altijd succesvol lobbywerk vooraf van het grootbedrijf. En zo wordt het democratische proces in het hele tijdsbestek tussen twee verkiezingen geconfisqueerd. De democratie is in het beste geval herleid tot een banale liberale marktactiviteit. Mensen nemen niet deel aan het beleid, worden niet betrokken bij keuzes. Ze worden beschouwd als consumenten ervan. Als toeschouwers in plaats van deelnemers. En ook de Belgische volksvertegenwoordigers zijn door de Europese machtsgreep gedegradeerd tot jaknikkers van wat “Europa” van bovenaf voorschrijft. Op die manier wordt het een democratie “van lage intensiteit” die nog verder verzwakt door de crisis.

Alles is leugen en schijn. Met de heilige overtuiging waarmee ze kort tevoren, in de weken voor de verkiezingen, het tegenovergestelde beweerden, beslisten de nog maar net verkozen ministers van de regering-Michel de pensioenleeftijd te verhogen tot 67 jaar. De zaak was uitgemaakt, geen discussie meer mogelijk, zo lieten de ministers horen. Hoe kan dat?! Wij Belgen willen helemaal niet verplicht werken tot 67. Maar dat wordt weggezet als aanmatiging. Zo van: waar gaat het heen als iedereen, ook de meest onwetende, zich een mening aanmatigt?

Wij pleiten voor een democratie van onderuit, die direct is en dynamisch, die op participatie is gericht. Het gaat erom de macht te laten “dragen” door de bevolking, ook na de verkiezingen. De inspraak staat centraal in zo’n participatieve democratie. Daarin past het bindend burgerreferendum. Als 1% van het betrokken kiezerskorps dat vraagt, wordt een voorstel of een beslissing voorgelegd aan de bevolking. Daarvoor is de wijziging van artikel 39bis van de Belgische Grondwet nodig. Bindend wil zeggen dat wanneer het voorstel bij de stemming een meerderheid haalt, het politiek establishment het niet naast zich kan neerleggen. We zorgen er wel voor dat er geen voorstellen kunnen worden voorgelegd die ingaan tegen de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. In Zwitserland bestaat zo’n systeem van referendum. En het werkt er. Waarom kan dat bij ons dan niet?

Een ander kanaal om de inspraak van het volk te vergroten is doorheen een actief middenveld. Hun kritische rol en onafhankelijkheid is essentieel. We zorgen ervoor dat middenveldorganisaties geraadpleegd worden bij elke belangrijke wetswijziging.

Twee. Respect voor de mensenrechten en de democratische rechten

  • We beschermen de vrijheid van vereniging en het recht op vrije meningsuiting via betogingen, flyers, acties, sociale media … Wetten en reglementen mogen deze rechten niet uithollen.
  • We stellen de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens centraal in ons engagement voor een menselijke samenleving.

Het is een wereldfenomeen: industriële en financiële mastodonten controleren de economische sectoren en staten helpen hen die controle te behouden. Maar overal en op de meest uiteenlopende terreinen leeft het verzet tegen deze onbeperkte macht: voor betere loon- en arbeidsvoorwaarden, voor een gezond leefmilieu en om de aarde te vrijwaren voor de toekomstige generaties, voor inspraak en voor het vergroten van de democratische ruimte, voor een brede cultuurbeleving wars van de greep van de commercie, voor internationale solidariteit en voor vrede in deze tijd van oorlog en militarisering in de wereld.

Leve dat verzet! Want dankzij het verzet genieten wij vandaag van verworvenheden zoals de sociale zekerheid, de sociale wetgeving, de 8 urendag, de betaalde vakantie, het onderwijs … Toen de arbeidersbeweging in 1887 het verbod op kinderarbeid afdwong, was geen enkel parlementslid daar voorstander van. Wie toen redeneerde vanuit “een parlementaire meerderheid”, had de kinderen nooit uit de mijnen en textielfabrieken kunnen halen. De sociale strijd, de kracht van het mobiliseren en organiseren van onderuit, veranderde de krachtsverhoudingen en forceerde zo het verbod op kinderarbeid. Zo veroverden we ook het organisatierecht, de vrijheid van meningsuiting, het stemrecht … Voor ons is het essentieel dat deze grondrechten gewaarborgd blijven.

We verdedigen de eerste generatie mensenrechten: de klassieke grondrechten zoals het recht op vrije meningsuiting en de vrijheid van vereniging. Deze rechten worden vandaag nogal eens met de voeten getreden, vooral door de inbreuken op onze privacy en door de schending van de vakbondsrechten.

Maar ook de mensenrechten van de tweede generatie zijn essentieel. Die kwamen na de Tweede Wereldoorlog tot stand: de sociale en collectieve rechten zoals het recht op arbeid, op onderdak en scholing, op een menswaardig leven. Veel van deze rechten zijn vastgelegd in de Belgische Grondwet, in artikel 23 bijvoorbeeld, maar ze zijn meestal niet afdwingbaar. We ijveren ervoor dat ze dat worden.

Voor ons zijn de mensenrechten universeel en ondeelbaar. De opstellers van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) noemden de verklaring heel bewust “universeel”. De mensenrechten komen toe aan “alle leden van de mensengemeenschap”, zo lezen we in de eerste zin van de preambule.

Van Donald Trump in de VS, Jair Bolsonaro in Brazilië, Matteo Salvini in Italië tot Theo Francken bij ons beleven we de opleving van een politieke stroming die het gelijkheidsdenken en de universaliteit van de UVRM in vraag stellen. Theo Francken gaat tekeer tegen wat hij “de excessieve liefde” voor de mensenrechten en “het “mensenrechtenfundamentalisme” van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens noemt.

De mensenrechten zijn gebaseerd op een gelijkheidsdenken. Dat staat zwaar onder druk. In het discours tegen vluchtelingen en migranten worden mensen ontmenselijkt. Het idee van de universele mensenrechten wordt ingeruild voor een primitief “ieder voor zich”. Het is een gevaarlijke ontwikkeling waarin de democratie dreigt weg te zinken in uitsluiting en brutaliteit.

Drie. Het middenveld maakt burgers mondig

  • We gaan voor een structurele erkenning en transparante financiering van de basiswerking van middenveldorganisaties en ngo’s. We zetten de budgettaire beperkingen stop.
  • We verzetten ons tegen de inkanteling van het sociaal-cultureel werk en het middenveld in de uitvoerende overheidsstructuur. Het middenveld is geen verlengstuk van de overheid.
  • We zorgen voor administratieve vereenvoudiging voor vrijwilligers en hun verenigingen, op federaal en Vlaams niveau.
  • We verhogen de mogelijkheden voor het middenveld om de collectieve belangen van hun leden te vertegenwoordigen voor de rechtbank.

In de geschiedenis van ons land ontspon zich van onderuit een rijk democratisch leven. Ondanks vervolging en broodroof richtten arbeiders hulpkassen op die later zijn uitgegroeid tot mutualiteiten en tot een collectieve bescherming tegen ziekte en ongevallen. Uit de hulpkassen groeiden ook de weerstandskassen voor stakingen, de kiemen voor de vakbonden. Vanuit coöperatieven zoals De Vooruit en de christelijke werkmanskringen bloeide een breed cultureel leven op met bibliotheken, volksonderricht, toneel, turnkringen, fanfares, film- en jeugdorganisaties.

In mei ’68 en de jaren daarna werden nieuwe initiatieven van onderuit geboren: huurderscomités, geneeskundige collectieven, wetswinkels, jeugdhuizen, culturele fronten, vrouwenorganisaties, vredesbewegingen, antiracistische organisaties, milieubewegingen … Wat een democratische creativiteit! Nadien zijn daar ook gebruikers- en verbruikersorganisaties bijgekomen.

Dat alles is uitgegroeid tot wat het middenveld wordt genoemd, een netwerk van organisaties, verenigingen en instellingen dat zich vertakt op heel veel niveaus van het samenleven. Zij zijn de longen die lucht pompen in de samenleving. Zij kunnen de politiek onder druk zetten en van het patronaat toegevingen afdwingen. Hoe meer bewegingsruimte en slagkracht het middenveld heeft, hoe meer kansen de sociale beweging krijgt om te winnen.

Een emancipatorisch middenveld leert mensen zichzelf naar waarde te schatten, kritisch na te denken, voor zichzelf op te komen en op hun rechten te staan. Dat is versterkend sociaal werk: het versterkt de mens en het versterkt het sociale weefsel. Dat is wat “empowerment” heet. Het staat haaks op de ouderwetse visie van armenzorg en liefdadigheid, waar zorgbehoevenden geen rechten hebben maar afhankelijk zijn van gunsten van anderen.

Vooral voor partijen als de N-VA is een emancipatorisch middenveld een doorn in het bestuursoog. Het middenveld mag dan in het beste geval een advies geven waar vaak verder niets mee gebeurt. De Vlaamse diversiteitsambtenaar Alona Lyubayeva werd ontslagen omdat ze zich te kritisch had opgesteld tegen het beleid van minister van Gelijke Kansen Liesbeth Homans. Staatssecretaris Theo Francken kortwiekte de middelen van Vluchtelingenwerk Vlaanderen en zijn collega Zuhal Demir liet geen gelegenheid ongemoeid om het gelijkekansencentrum Unia aan te vallen omdat het niet genoeg zou meegaan in de visie van het beleid. Bij een inval bij het Brusselse Open Kunstenhuis Globe Aroma, dat culturele uitwisseling organiseert tussen nieuwkomers en Brusselaars, werd iedereen die zich niet kon legitimeren, opgepakt.

Ook organisaties van mensen in armoede of zorg- en welzijnsorganisaties worden gedwongen in het beleidsspoor te stappen. Vooral organisaties die op empowerment werken, worden getroffen. Maar zij niet alleen. Al wie kritiek of een afwijkende mening laat horen op het beleid wordt bedreigd met het inkorten van de financiële middelen en van de bevoegdheden.

De jaarlijkse Barometer van de Verenigingen van de Koning Boudewijnstichting geeft aan hoezeer de verenigingen hun structurele subsidies van de overheid jaar na jaar zien afnemen. Organisaties worden dan gedwongen gefuseerd zoals in de inburgerings- en integratiesector en bij de welzijnssteunpunten die moesten fuseren in SAM vzw. Of het beleid gaat voor vermarkting, zoals de CAW-daklozenopvang De Vaart overkwam in Antwerpen en deels ook de asielopvang, met contracten voor G4S Care.

Kortom, men wil een middenveld dat fideel en uitvoerend is: een verlengstuk van de overheid. Men wil een gedepolitiseerd middenveld dat geen alternatieven mag voorstaan. “Mogen middenveldorganisaties enkel nog schoothondjes zijn die wachten op een aaitje en een koekje van hun baasje, in casu de minister of staatssecretaris die vindt dat wie gesubsidieerd wordt, heel strak aan de leiband moet lopen en enkel dient om het beleid te steunen en uit te voeren?” vraagt Peter Wouters, de voorzitter van beweging.net zich af. “Het middenveld is geen chihuahua.” Met de PVDA pleiten we voor een structurele erkenning en een transparante financiering van de basiswerking van middenveldorganisaties en ngo’s. We zetten de budgettaire beperkingen stop.