We brengen de PVDA dichter bij jou en jou dichter bij de PVDA.!

Download onze app

Moeten we de rijken wel of niet belasten? Vijf drogredenen van Bouchez (MR), Open Vld en co weerlegd

Let op, sommige cijfers in dit artikel kunnen gevoelige zielen tegen de borst stuiten. De grote vermogens laten bijdragen: het idee bloeit als lelietjes-van-dalen op 1 mei, met maar liefst vijf van de zeven Vivadi-partijen die met verschillende door de PVDA geïnspireerde maatregelen uitpakken. De liberalen daarentegen gebruiken de oude vertrouwde clichés om zich ertegen te verzetten. Laten we eens kijken naar hun beste slechte tegenargumenten.

maandag 2 mei 2022

Moeten we de rijken wel of niet belasten? Vijf drogredenen van Bouchez (MR), Open Vld en co weerlegd

Wie biedt hoger? PS-voorzitter Paul Magnette gaat voor een belasting op vermogens van meer dan één miljoen euro. De voorzitter van de Vlaamse socialisten, Conner Rousseau, pleit voor een verhoging van de vennootschapsbelasting tot 35% (in plaats van 25%) op overwinsten boven een rendement van 8%. Ecolo en Groen verdedigen een "oorlogsbelasting" op uitzonderlijke winsten, een belasting op grote vermogens en een belasting op de winsten van energiebedrijven. Zelfs de voorzitter van CD&V, Joachim Coens, wil de rijkste 1% belasten. Allemaal ideeën die je terugvindt in de wetsvoorstellen van de PVDA.

Het is natuurlijk algemeen bekend dat 1 mei-beloften vaak van korte duur zijn. Maar door de opeenvolging van crises - corona, overstromingen, energie, oorlog - is de kwestie van de rijken belasten bijna onvermijdelijk geworden. Niet alleen in België. "Het idee van een vermogensbelasting is in onze West-Europese landen al enkele jaren in de mode", aldus L'Echo op 30 april 2022. "Dat is normaal", zegt Eric Dor, professor aan de IESEG School of Management van de universiteit van Lille in de krant. Hij merkt op dat veel economen tegenwoordig van mening zijn dat de vermogensongelijkheid, die veel groter is dan de inkomensongelijkheid, moet worden aangepakt.

Daartegenover proberen de liberalen en de werkgeversorganisaties met alle macht op de rem te gaan staan. Ze voeren daarvoor verschillende argumenten aan. Maar wat zijn die argumenten waard? We hebben ze ontleed.

1. Kapitaal wordt al belast

Volgens de MR van Georges-Louis Bouchez moeten de rijken niet worden belast omdat kapitaal reeds belast wordt: "België heft een roerende voorheffing van in principe 30% op interesten en dividenden", laat hij op 30 april 2022 in La Libre Belgique optekenen. "België staat op de derde plaats in de Europese Unie op het gebied van de belastingheffing op kapitaal en heeft dus niet dezelfde mogelijkheden om de belasting op kapitaal te verhogen zoals andere staten geneigd zouden kunnen zijn te doen."

Het is waar dat kapitaal in ons land al belast wordt. Maar niet het kapitaal van de rijken, wel dat van de bevolking. In het bijzonder onroerend goed. Dat wordt belast via registratierechten als je een huis koopt, via successierechten als je het erft en vervolgens elk jaar via de onroerende voorheffing (die in armere gemeenten overigens hoger uitvalt).

Anderzijds ontsnappen de rijken - in het bijzonder de superrijken wier vermogen honderden miljoenen of miljarden euro's omvat - grotendeels aan belastingheffing op hun vermogen, dat hoofdzakelijk van financiële aard is.

Ten eerste betalen zij geen vermogensbelasting. Neem de historische aandeelhouders van de brouwmultinational AB Inbev, de families Van Damme, de Spoelberch en de Mévius. Samen bezitten zij 20,8 miljard euro. Een vermogen waarop ze geen enkele euro belasting betalen.

Ten tweede worden deze superrijken niet belast op hun financiële meerwaarden. Neem de familie Boël. Zij beheert de beursholding Sofina (waar de voormalige liberale premier Guy Verhofstadt in de raad van bestuur zetelt), waarvan de aandelenkoers sinds het begin van de coronacrisis explosief is gestegen. Een aanzienlijke waardestijging, waardoor haar vermogen in twee jaar tijd bijna is verdubbeld, van 1,6 tot 3 miljard euro. Maar deze meerwaarden worden niet belast, ongeacht of ze latent zijn (wanneer de aandelen niet worden verkocht) of gerealiseerd (wanneer de aandelen wel worden verkocht).

Ten slotte zijn er, naast het vermogen, de inkomsten uit vermogen, met name dividenden (inkomsten uit aandelen). De MR stelt dat deze dividenden "in beginsel" onderworpen zijn aan een roerende voorheffing van 30%. "In principe" wel ja, maar het hangt ervan af wie de dividenden krijgt.

Als je als gewone werknemer een bescheiden spaarcentje hebt dat je op de beurs hebt belegd, bijvoorbeeld in Sofina- of AB Inbev-aandelen, worden je dividenden effectief belast aan 30%. De families Boël of Van Damme, de Spoelberch en de Mévius daarentegen accumuleren deze dividenden in patrimoniumvennootschappen en betalen dankzij het zogenoemde DBI-mechanisme (definitief belaste inkomsten) opnieuw geen belasting.

Let goed op: in antwoord op een parlementaire vraag van 22 februari 2022 van de auteur van dit artikel deelde minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) mee dat de Belgische vennootschappen in 2021 voor 66 miljard euro aan dividenden hadden uitgekeerd, maar dat van dit bedrag 52 miljard onderworpen was aan een tarief van...0%.

2. De "middenklasse" zou getroffen worden

In het huidige debat over de belasting van de rijken verdedigt Open Vld dat niemand een voorstel heeft dat alleen de rijkste 1% zou treffen zonder ook de middenklasse te treffen. De MR stelde dan weer in La Libre Belgique van 30 april 2022 dat "ons land een van de meest egalitaire ter wereld is en dat de rijken al zwaar worden belast; zo betalen de 20% rijkste gezinnen in België 63,2% van de totale belastingen." Open Vld heeft het helemaal mis: een miljonairsbelasting is juist een van de weinige belastingen die per definitie op de rijksten kan worden geheven zonder de rest van de bevolking te treffen.

De MR heeft de gewoonte elk belastingdebat te reduceren tot de inkomstenbelasting. Deze belasting heeft echter alleen betrekking op inkomsten en hoofdzakelijk beroepsinkomsten, aangezien financiële inkomsten niet hoeven te worden vermeld in de belastingaangifte.

Het is dan ook nogal gewaagd om te beweren dat België een egalitair land is. Deze uitspraak is alleen gebaseerd op de verdeling van de beroepsinkomsten. Waar de ongelijkheid echter verreweg het grootst is, is niet bij de inkomens, maar bij de vermogens, met name de financiële vermogens.

Nogmaals, let goed op: de 1% rijkste gezinnen in België hebben een totaal vermogen van...660 miljard euro. Niet belast. Dat is meer dan het bbp, d.w.z. alles wat ons hele land in een jaar produceert. Met zo'n grote som geld bezit de rijkste 1% evenveel als de 74% minst welgestelde huishoudens.1 Het is alsof één gast op een feestje een stuk taart neemt dat even groot is als dat van 74 andere genodigden.

3. De belasting op effectenrekeningen maakt een miljonairstaks overbodig

De MR argumenteert in La Libre Belgique van 30 april 2022 dat de Vivaldi-regering al belangrijke maatregelen heeft genomen om de hoogste vermogens te belasten: "We hebben het hier over de belasting op effectenrekeningen, die in 2022 410 miljoen euro zal opleveren." Het feit dat vijf van de zeven Vivaldi-partijen gewonnen zijn voor maatregelen om de rijken te belasten, levert het beste bewijs dat Vivaldi de superrijken absoluut niet te veel belast.

In werkelijkheid gelijkt de Vivaldi-belasting op effectenrekeningen verdacht veel op de belasting op effectenrekeningen die door de zeer rechtse regering-Michel werd ingevoerd en door het Grondwettelijk Hof werd vernietigd.

Zoals haar naam al aangeeft, is deze belasting van 0,15% alleen van toepassing op effectenrekeningen, wanneer het saldo meer dan een miljoen euro bedraagt. Een effectenrekening is een bankrekening waarbij een gewone spaarder aandelen kan kopen. De superrijken - de families Boël, Van Damme, de Spoelberch, de Mévius, enz. - houden hun financiële tegoeden echter niet aan op een effectenrekening, maar in aandelen op naam. Zij betalen dus...nul euro belasting op effectenrekeningen.

4. Bij gebrek aan een vermogenskadaster kunnen we de rijken niet belasten

Sommigen voeren een technisch argument aan om de superrijken niet te belasten: dit zou onmogelijk zijn omdat er geen vermogenskadaster bestaat. Een - door de "president van de rijken" Emmanuel Macron afgeschafte - belasting zoals de Franse ISF (solidariteitsbelasting op vermogen) is echter een declaratoire belasting. Dat betekent dat belastingplichtigen wier vermogen de belastbare drempel overschrijdt, uit eigen beweging aangifte moeten doen en de belasting moeten betalen. Het vermogenskadaster is dus geen vereiste, een miljonairstaks kan van de ene dag op de andere worden ingevoerd.

Aansluitend is het nuttig een vermogenskadaster in te voeren om de aangiften te controleren. Dat is des te gemakkelijker omdat de verschillende onderdelen van een dergelijk kadaster in wezen al in ons land bestaan:

  • onroerend goed staat vermeld in het vastgoedkadaster;

  • informatie over de banktegoeden wordt gecentraliseerd in het Centraal Contactpunt (CCP) van de Nationale Bank;

  • de Belgische bankinstellingen beschikken over enorme databanken, met inbegrip van de gegevens die aan de PCC zijn verstrekt of die in het kader van de belasting op effectenrekeningen worden gebruikt;

  • in de aandelenregisters van de vennootschappen staan de houders van aandelen die niet op effectenrekeningen staan (vergeet niet dat anonieme aandelen - "aan toonder" - niet meer bestaan);

  • verzekeringsmaatschappijen beschikken ook over een massa gegevens over waardevolle activa - schilderijen, juwelen, antiek, auto's, jachten, enz. - die meestal door een verzekeringspolis worden gedekt;

  • in het kader van de automatische uitwisseling van fiscale informatie zendt het buitenland miljoenen gegevens naar de Belgische fiscus;

  • het nieuwe en door de FOD Financiën bijgehouden UBO-register bevat de uiteindelijke begunstigden van bedrijven, stichtingen en andere entiteiten.

Uiteraard moet men de waarde van de vermogens bepalen om ze te kunnen belasten. Maar dat is helemaal niet onoverkomelijk. Het bewijs is dat dit al dagelijks gebeurt. Dat gebeurde in Frankrijk voor de ISF, maar het gebeurt in België in het kader van een erfenis, waarbij het hele geërfde vermogen moet geschat worden.

Dat is niet het enige voorbeeld. Koop je een huis, dan moet je registratierechten betalen, en de FOD Financiën gaat na of het aangegeven bedrag van de verkoop niet ondergewaardeerd is. Koop je een schilderij, dan zal de verzekeringsmaatschappij de waarde ervan schatten. Beursaandelen krijgen hun waarde door de beurs zelf. Voor niet-beursgenoteerde ondernemingen bestaan er waarderingsmethoden die dagelijks worden gebruikt bij de verkoop van ondernemingen of aandelenparticipaties.

5. De grote vermogens zouden België ontvluchten

Dan is er nog het klassieke argument: de superrijken belasten, zou hen op de vlucht doen slaan, zoals blijkt uit de belastingvluchtelingen uit Frankrijk die zich met name in België hebben gevestigd. In werkelijkheid toont het geval van Frankrijk aan hoe klein het aandeel van de belastingvluchtelingen is. Nauwelijks 1% van de vermogensbelastingbetalers heeft Frankrijk verlaten.2 Dat betekent dat 99% deze belasting is blijven betalen. Er wordt wel eens gezegd dat het de rijksten van de rijken betrof. Ze waren weliswaar rijker dan gemiddeld, maar vertegenwoordigden slechts 2% van de belastbare basis van deze ISF. Wat betekent dat 98% van de belastbare basis nog steeds in Frankrijk lag.

Tot slot merken we op dat een dergelijke marginale vlucht kan worden tegengegaan met een "exit-taks", d.w.z. dat de ballingen aansprakelijk blijven voor de belasting, zelfs als hun woonplaats buiten de grenzen valt.

 

1Gebaseerd op gegevens van Arthur Apostel en Daniel W. O'Neill, "A one-off wealth tax for Belgium: Revenue potential, distributional impact, and environmental effects", in Ecological Economics, n° 196, 2022.

2Commission des finances du Sénat, vermeld in Les expatriations fiscales au cœur du débat fiscal, 2de bijgewerkte uitgave, Solidaires finances publiques, november 2012.