We brengen de PVDA dichter bij jou en jou dichter bij de PVDA.!

Download onze app

Geweld tegen vrouwen, een kwestie van nationale veiligheid

Aurélie en Jill waren twee jonge vrouwen. Jonge vrouwen met een leven, passies, liefdes, plannen. Maar ze werden nummer 20 en 21. Allebei werden ze in dezelfde week door hun ex-partners vermoord. Er waren dit jaar al 21 femicides of vrouwenmoorden in België. Het wordt tijd dat geweld op vrouwen bovenaan de politieke agenda staat. Daarom komen wij op zondag 24 november op straat.

woensdag 20 november 2019

Geweld tegen vrouwen, een kwestie van nationale veiligheid

Femicides of vrouwenmoord is een extreme uitloper van geweld tegen vrouwen, een probleem dat helaas in de hele wereld grote proporties aanneemt. Ook in ons land. En toch blijft het politieke debat bijzonder lauw over dit thema. Het zou nochtans een topprioriteit moeten zijn. In Spanje en Frankrijk slaagden vrouwen erin om dit thema bovenaan de politieke agenda te zetten. Dat deden ze met een stevige mobilisatie van onderuit. Ook in België willen we op 24 november massaal op straat komen om geweld op vrouwen op de politieke agenda te krijgen. (Alle info hier)

Karen Celis is professor politieke wetenschappen aan de VUB. Ze vatte het belang van de strijd tegen geweld op vrouwen als volgt samen in de Afspraak: “het is een zaak van nationale veiligheid. De omvang van het geweld is enorm. We moeten dat als maatschappij serieus nemen.” Ze hekelde het uitblijven van een structureel beleid, hoewel de middelen er zijn. Alleen moeten we het belangrijk genoeg vinden om er in te investeren.

En het is belangrijk dat iedereen dat inziet. Geweld tegen vrouwen, omdat ze vrouw zijn, komt enorm vaak voor en zit diep in onze samenleving ingebakken. Om een idee te krijgen: jaarlijks zijn er 150 moordpogingen, meer dan 66,000 verkrachtingen, komt 1 op 4 werkneemsters op de werkvloer in contact met grensoverschrijdend gedrag ... En toch blijft het stil op politiek niveau. De Hoge Raad van Justitie maakt zelf de kritiek dat België onvoldoende scoort op vlak van de aanpak van geweld tegen vrouwen.

Politie, justitie en hulpverlening hebben allemaal handen, middelen en know how te kort

Het uitblijven van veroordeling van geweld tegen vrouwen heeft grote gevolgen. Amper een fractie van de slachtoffers doet aangifte. Veel vrouwen hebben angst dat ze niet geloofd zullen worden. Politie en justitie zijn nog vaak onvoldoende opgeleid om met slachtoffers van geweld tegen vrouwen om te gaan of kunnen de hoogdringendheid van het probleem niet inschatten. De procedures zijn vaak niet geschikt voor de klachten. Er zijn politiecommissariaten waar vrouwen tot vier maal toe klacht moeten indienen vooraleer de politie een proces-verbaal opstelt. Maar liefst 65% van de zaken wordt geseponeerd of geklasseerd en rechtszaken komen op de lange baan terecht want ze zijn “geen prioriteit”. Er heerst een grote straffeloosheid in België als het over geweldfeiten gaat. Politie, justitie en hulpverlening hebben allemaal handen, middelen en know how te kort. 

Voor de meeste politieke partijen blijft het vooral bij mooie woorden. Het instituut voor Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen (IGVM) kreeg de laatste jaren immers al heel wat besparingsrondes te slikken. Sofie Merckx, federaal parlementslid voor PVDA, kwam daarover onlangs nog scherp tussen in het parlement. Sinds 2015 legde de regering het IGVM maar liefst 21% besparingen op! Het verloor al zeker 5 medewerkers sinds de laatste staatshervorming. Nochtans is het een cruciaal orgaan om structurele plannen uit te werken om de strijd tegen geweld tegen vrouwen op alle niveaus van de samenleving aan te gaan. De opdracht is sowieso al moeilijk en moet het nu met steeds minder middelen doen. Het is zeer duidelijk, als het aankomt op het stellen van prioriteiten dan is geweld tegen vrouwen er geen.

Er is werk aan de winkel

Wij willen dat het beleid verder gaat dan enkele symboolmaatregelen. Het heeft geen zin om de focus te leggen op maar een paar specifieke vormen van gendergerelateerd geweld. We hebben een globale aanpak nodig, een echt actieplan. Maria Vindevoghel, federaal volksvertegenwoordiger van de PVDA, riep daar dan ook voor op in de kamer. “We kunnen inspiratie opdoen in Spanje. Daar hebben ze een actieplan met maar liefst 200 maatregelen en een budget van 1 miljard euro om dit aan te pakken. En met succes, het aantal slachtoffers daalt.”

Daarnaast zijn er nog heel wat maatregelen die we kunnen nemen. Het erkennen van femicide als misdaad, bijvoorbeeld. Door het op te nemen in de wet krijgt het fenomeen waarde en erkenning. Daarnaast hebben we goed opgeleid personeel nodig bij politie, justitie en iedereen die slachtoffers onthaalt. Dat kan de drempel om aangifte te doen, verlagen. Aangiftes worden beter opgevolgd, de straffeloosheid wordt verlaagd.

Er zijn op dit moment ook grote tekorten in de hulpverlening en de opvang van slachtoffers. Margot Van Landghem is traumapsychologe. Bij de lancering van vzw Punt, Centrum over seksueel grensoverschrijdend gedrag, zei ze dat er belachelijk weinig middelen gaan naar geestelijke gezondheidszorg. Die tak van de gezondheidszorg is nochtans noodzakelijk om slachtoffers van seksueel geweld goed te kunnen begeleiden in hun traumaverwerking. Maar ook om daders te begeleiden, zodat ze na hun straf hun gedrag aanpassen.

Al deze goede maatregelen zullen er natuurlijk niet komen zolang de politiek geweld tegen vrouwen niet als prioriteit ziet. En daarvoor moeten we zelf massaal aan de alarmbel trekken en druk zetten op onze regeringen. Dat bewijzen landen als Spanje en Frankrijk. In Frankrijk werden dit jaar al 130 vrouwen vermoord. In het hele land lieten vrouwen van zich horen. In de straten van Parijs organiseerden ze een die-in, waarbij vrouwen zich op de grond lieten vallen, als voor dood. De Franse overheid maakte meteen 5 miljoen vrij om te investeren in middelen en te werken aan een actieplan.

In Spanje staat de beweging tegen geweld tegen vrouwen al jaren stevig in haar schoenen en mobiliseert telkens tienduizenden vrouwen wanneer er zich een geweldfeit voordoet of wanneer er tegen de belangen van een slachtoffer wordt ingegaan. Die jarenlange mobilisatie heeft in Spanje geleid tot een succesvol actieplan.

Daarom moeten we in België ook van de nationale manifestatie van 24 november in Brussel een succes maken. Het is de gelegenheid bij uitstek om de hoogdringendheid van geweld tegen vrouwen duidelijk te maken. Enkel via mobilisatie zal de sence of urgency luid genoeg klinken om een echte aanpak af te dwingen.