We brengen de PVDA dichter bij jou en jou dichter bij de PVDA.!

Download onze app

Hoe de Arizona-regering 184.463 mensen uitsluit van hun recht op een werkloosheidsuitkering

De Arizona-partijen keurden een ingrijpende hervorming van de werkloosheidsverzekering goed. Voortaan wordt het recht op een uitkering beperkt tot maximaal twee jaar. Daardoor dreigen 184.463 mensen hun recht op een vervangingsinkomen te verliezen. Deze aanval ondergraaft onze sociale zekerheid. Ze helpt niemand sneller aan een waardige job - integendeel: ze verhoogt de druk op alle werknemers om slechter betaalde en onzekere jobs te aanvaarden.

vrijdag 18 juli 2025

Een werkneemster van Cora

1. Je zal je job maar verliezen

Iedereen die ooit zijn werk verloor, weet wat dat betekent: de grond valt onder je voeten weg. Je verliest niet alleen je loon, maar ook je ritme, houvast en collega’s. Een waardige job geeft structuur en verbondenheid. Werk is meer dan inkomen - het is een bron van emancipatie.

Maar jobverlies kan iedereen overkomen. Wat vandaag een zekere job lijkt, kan er morgen helemaal anders uitzien. Vraag het aan de 1.200 mensen bij glasfabrikant Soliver of de 1.779 bij Cora. Of aan de werknemers van Audi en toeleveranciers: zelfs als het moederbedrijf miljarden winst maakt, ben je als werknemer nergens zeker van.

In een kapitalistische economie waar winst op de eerste plaats komt, wordt er “afgeslankt”, gereorganiseerd, verplaatst. Herstructureringen en faillissementen zijn schering en inslag. Alleen vorig jaar gingen 11.549 bedrijven failliet: 27.000 banen weg. Denk maar aan busbouwer Van Hool, chipproducent BelGaN, schoenenverkoper Bristol, de Belgische winkels van tapijtketen Carpetright. De grootste klappen vielen in de bouw, de transportsector en bij garagehouders.

Precies daarom bouwde de arbeidersbeweging een solidair vangnet uit. De eerste werkloosheidskassen ontstonden om mensen te beschermen tegen de ontslagmachine van winstgedreven werkgevers. Dankzij decennia strijd is dat vandaag een collectief recht. Maar in plaats van dat te versterken, breekt de Arizona-regering het af. In plaats van werkloosheid te bestrijden, bestrijdt ze de werklozen zelf.

Het ‘koninginnenstuk’ van premier De Wever - de beperking van de werkloosheidsuitkering tot maximaal twee jaar - zal 184.463 mensen hun recht ontnemen. Ons solidaire vangnet wordt frontaal aangevallen - precies op het moment dat mensen dat meer dan ooit nodig hebben.

De hervorming grijpt op drie manieren in:

  • Beperken in de tijdĀ 
    De regering wil de werkloosheidsuitkering beperken tot maximaal twee jaar. Wie één jaar gewerkt heeft, krijgt één jaar recht op een uitkering. Wie langer gewerkt heeft, kan dat verlengen: voor elke vier maanden extra werk komt er één maand bij - met een plafond van in totaal twee jaar. Concreet: pas wie vijf jaar werkte, haalt dat maximum. Wie dat niet kan bewijzen, valt vroeger zonder vangnet. In totaal dreigen 184.463 mensen hun recht op een werkloosheidsuitkering door deze beperking in de tijd te verliezen 
  • Strengere voorwaarden om het recht te openen
    Om nog recht te krijgen op een werkloosheidsuitkering moet je voortaan 312 gewerkte dagen aantonen binnen 3 jaar. De regering noemt dat een ā€˜versoepeling’, maar in de praktijk wordt het moeilijker. Wie langer dan een jaar werkloos is, moet voortaan veel meer gewerkt hebben om zijn recht te behouden. Bovendien tellen periodes van ziekte, arbeidsongevallen of beroepsziekten niet langer mee als gewerkte dagen.Ā 
  • Het bedrag van de uitkering sneller laten dalen (de ā€˜versnelde degressiviteit’)
    Na ƩƩn jaar werkloosheid zakt de uitkering fors. Vanaf maand 13 krijgt iedereen een vast bedrag, los van het vroegere loon. Voor samenwonenden betekent dat nog maar 746 euro per maand – 450 euro minder dan nu. Alleenstaanden moeten rondkomen met 1.438 euro. Alsof dat niet genoeg is, schrapt de regering ook nog de belastingvermindering voor werkloosheidsuitkeringen. Gevolg: tot 200 euro per maand extra verlies.Ā 

2. Het zijn werkende mensen die uitgesloten worden 

De regering verdedigt haar hervorming met het beeld van “mensen die niet willen werken”. CD&V-Kamerlid Nathalie Muylle zei letterlijk: “Voor mensen die niet genoeg inzet getoond hebben om te willen werken, dient de sociale zekerheid niet.” Bij de MR klinkt het fors: “C’est fini; le chômage à vie” (gedaan met de werkloosheid voor het leven). 

Maar de feiten zeggen iets anders. Uit cijfers blijkt bijvoorbeeld dat twee op de drie mensen die langer dan een jaar ingeschreven staan als werkzoekende, wél gewerkt hebben in die periode. Alleen is dat vaak in korte, tijdelijke of deeltijdse jobs, zonder uitzicht op vast werk. Het zijn mensen, vaak vrouwen, die moeten afwisselen tussen interimcontracten en periodes van werkloosheid. Ze werken dus wel degelijk, maar onvoldoende om uit de statistiek van “langdurig werkloze” te verdwijnen.

“Al sinds de invoering van ons werkloosheidsstelsel hebben werkzoekenden alleen recht op een werkloosheidsvergoeding zolang ze beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt”, legt Yves Martens van het Collectif Solidarité Contre l'Exclusion uit. Die opvolging bestaat dus vandaag wel degelijk. Wat zou veranderen, is dat zelfs wie een positief evaluatieverslag heeft over zijn zoekgedrag naar werk, straks toch alsnog uitgesloten kan worden

Algemeen secretaris van het ABVV Bert Engelaar wil dan ook expliciet het beeld van werkzoekenden als ‘profiteurs’ tegengaan: “De regering wil de indruk wekken dat het hier gaat om profiteurs die al twintig jaar op hun gat zitten. Maar dat klopt langs geen kanten. Het zijn net de mensen die van interimcontract naar poetsjob hoppen, van deeltijdse vervanging naar flexi-job, die straks keihard uit de boot vallen. Ze proberen te overleven, bijeenscharrelen wat ze kunnen, maar als ze niet aan voldoende arbeidsdagen geraken, worden ze zonder pardon gestraft. Dat is absurd én onrechtvaardig.”

Dus neen, het gaat niet over mensen “die niet genoeg inzet tonen om te willen werken”. Het gaat om werkzoekenden die keer op keer nul op het rekest krijgen wegens ‘te oud’, ‘niet het juiste diploma’, ‘te weinig’ of juist ‘teveel ervaring’. Of mensen die worden gediscrimineerd omwille van een beperking. En dan hebben we het nog niet gehad over werkzoekenden die niet werken maar een opleiding volgen. Dat zijn geen profiteurs. Dat zijn stuk voor stuk mensen die de handen uit de mouwen willen steken maar bv. niet meer kunnen of mogen werken.

3. Ze hebben gelogen: ook acht op tien 55-plussers vallen uit de boot, ondanks de beloofde uitzondering 

De regering beloofde dat de beperking van de werkloosheidsuitkering in de tijd niet zou gelden voor 55-plussers. Zogezegd een beetje mildheid voor wie op latere leeftijd moeilijker werk vindt. Maar in de praktijk stelt die belofte niets voor.

Om in aanmerking te komen voor die uitzondering moet je minstens 30 jaar gewerkt hebben - vanaf 2026 zelfs 31 jaar, oplopend tot 35 jaar tegen 2030. Voor veel 55-plussers is dat onhaalbaar. Uit cijfers blijkt dat meer dan acht op de tien straks tóch hun recht op een uitkering verliezen.

Parlementsleden van de Arizona-partijen reageerden ‘verrast’. Maar dat is moeilijk geloofwaardig. Ze hadden beter geluisterd naar het oppositiewerk van de PVDA en de waarschuwingen van de vakbonden. Wie 2 miljard euro wil besparen op de werkloosheid, wéét perfect hoeveel mensen hij daarmee treft. Ook mensen die jarenlang hun rug kromden, maar blijkbaar niet genoeg voor deze regering.

Professoren sociaal beleid Ides Nicaise (KU Leuven) en Ive Marx (UAntwerpen) maken zich vooral zorgen over de impact op vrouwen: “Vrouwen zijn extra kwetsbaar, omdat zij vaak onvolledige loopbanen hebben. En dat is zeker het geval voor oudere werklozen. Nu worden deze vrouwen voor een stuk gestraft omdat zij een deel van hun loopbaan hebben opgeofferd voor hun gezin. In die zin is dat unfair.”

Neem Mieke. Zij getuigde in Terzake. 59 jaar, boekhoudster, en sinds kort werkloos. Het afgelopen jaar verstuurde ze 80 sollicitaties — zonder resultaat. Negen op de tien keer krijgt ze zelfs geen reactie. De antwoorden die ze wél krijgt, zijn negatief. Ze weet niet of ze op 1 januari haar uitkering zal verliezen. “Ik tracht het niet te laten knagen”, zegt ze, maar “goed slapen zit er eventjes niet in”.

4. Met sancties help je niemand aan een waardige job

Hoe helpt de regering Mieke aan een job door haar uitkering af te pakken? “Het simplistische uitgangspunt is dat wie zijn uitkering verliest, vanzelf wel werk zal vinden,” zegt Koen Meesters, nationaal secretaris van het ACV. “De verantwoordelijkheid wordt volledig bij de werkzoekende gelegd, terwijl er nauwelijks wordt gekeken naar werkgevers die geen aangepast werk voorzien.”

Maar dat uitgangspunt klopt niet. Studies van de RVA en de OESO tonen aan dat sancties niet leiden tot snellere tewerkstelling. Wie langdurig werkloos is, botst zelden op een gebrek aan motivatie - wel op hardnekkige obstakels die buiten hun macht liggen..

  • De RVA evalueerde tien jaar na de invoering de ‘versnelde degressiviteit’ van de uitkeringen - de grootste hervorming sinds de jaren 1980 - en vond “geen aanwijzingen van een positieve impact op de overgang naar werk.” Wat wél bepalend is? “De conjuncturele evolutie: de economische activiteit en het aantal werkaanbiedingen”.
  • Ook de OESO bevestigt dit en wijst op “niet-financiële drempels voor tewerkstelling” voor langdurig werklozen.
  • “Financiële prikkels hebben minder effect op terugkeer naar werk, omdat langdurig werklozen kampen met andere structurele moeilijkheden”, geeft Muriel Dejemeppe (UCLouvain) aan.

Denk aan vijftigplussers die telkens afgewezen worden omdat ze ‘te oud’ zijn. Mensen zonder ‘het juiste’ diploma, of met een migratieachtergrond die bij sollicitaties op discriminatie botsen. Of (in de meeste gevallen) vrouwen die thuis moeten blijven omdat er geen betaalbare kinderopvang is. Ook hoge vervoerskosten vormen voor heel wat mensen een obstakel.

En wat doet de regering daartegen? Zorgt ze voor meer kinderopvang? Investeert ze in begeleiding of opleiding? Neen. Integendeel: er wordt bespaard op de VDAB en andere instellingen die net ondersteuning zouden moeten bieden.

En dan is er nog de mismatch op de arbeidsmarkt. Veel werkzoekenden hebben niet het profiel dat werkgevers zoeken. Denktank Minerva wijst erop: “Een deel van de werklozen zal er dus niet in slagen om een job te vinden, eenvoudigweg omdat er geen werk voorhanden is dat past bij hun profiel en vaardigheden (...). Probleem is dat er voor elke vacature waar geen secundair diploma voor wordt gevraagd er maar liefst 3 kortgeschoolde werkzoekende zijn. Het beeld dat er voor iedereen een job staat te wachten, gaat dus gewoon niet op voor sommige groepen werkzoekenden.”

Daarbovenop komt het stigma van langdurige werkloosheid. UGent@Work toonde aan dat sollicitanten die langer dan een jaar zonder job zitten, gemiddeld 21% minder kans maken op een uitnodiging. Hoe langer iemand werkloos is, hoe kleiner de kans wordt

Het beperken van de werkloosheidsuitkering is dus niet alleen asociaal en onrechtvaardig, maar ook bijzonder inefficiënt. Het brengt niemand dichter bij een goede job - al helemaal niet als de regering tegelijk bespaart op de begeleiding naar werk.

5. Door mensen uit te sluiten duw je ze in armoede 

Stel je voor: het zijn de ministers die meer dan 10.000 euro netto per maand verdienen, die mensen met een uitkering verwijten dat ze ‘te veel’ krijgen. Misschien moeten zij zelf maar eens proberen rond te komen met nog geen 1.500 euro per maand - zoals veel werkzoekenden vandaag moeten.

Bijna de helft van de Belgische werkzoekenden leeft nu al onder de armoedegrens. Door het recht op een werkloosheidsuitkering in de tijd te beperken, duwt de regering duizenden mensen nog dieper de miserie in.

Wie zijn uitkering verliest, verliest zijn vaste kosten niet. Velen belanden in de bijstand, waar het leefloon nóg lager ligt dan een werkloosheidsuitkering. En wie elke euro twee keer moet omdraaien, heeft het extra moeilijk om werk te zoeken. Als je moet kiezen tussen brood op de plank of een treinticket naar een sollicitatie, weet je wat er sneuvelt. Armoede vreet ook aan je mentale gezondheid, wat de zoektocht naar werk nóg zwaarder maakt.

Veel uitgeslotenen zullen terechtkomen bij het OCMW. Volgens conservatieve schattingen van de regering zelf zal minstens een derde van hen daar aankloppen. Dat betekent tienduizenden extra dossiers - in steden en gemeenten die nu al kampen met personeelstekort en onvoldoende middelen om mensen te begeleiden. Een OCMW is wettelijk verplicht om binnen 30 dagen hulp te bieden. Maar wat als dat niet lukt? Dan blijven mensen zonder inkomen achter. Ze kunnen hun huur niet meer betalen. Hun koelkast blijft leeg.

Zoals Sofie Merckx het in het parlement zei: “Wat deze regering doet, stort mensen niet alleen in armoede, maar zadelt ook de gemeenten op met een probleem dat ze nooit alleen kunnen dragen.”

6. Dereguleren, verarmen, isoleren en bestraffen

Volgens professor Ides Nicaise (KU Leuven) houdt de redenering van de regering geen steek:“Het is een besparingsplan. De logica dat men de werkloosheid zal oplossen door de uitkeringen te verlagen, is een neoliberaal recept waarvan we wetenschappelijk geen enkele evidentie hebben dat het werkt”.

Waarom een ‘neoliberaal recept’? Omdat de afbraak van de werkloosheidsverzekering in werkelijkheid bedoeld is om neerwaartse druk uit te oefenen op lonen en arbeidsvoorwaarden. Dat zegt ook Arnaud Lismond-Mertes van het Collectief Solidariteit tegen Uitsluiting: “In werkelijkheid dient de afbraak van de werkloosheidsverzekering vooral om neerwaartse druk uit te oefenen op de lonen en de arbeidsvoorwaarden van alle werknemers, vooral degenen die de meest onzekere en slechtst betaalde jobs doen”.

Het doel is dus niet activering, maar disciplinering: mensen met hun rug tegen de muur zetten. Wie weet dat zijn uitkering afloopt, voelt zich verplicht om eender welke job aan te nemen - hoe slecht betaald, onzeker of fysiek zwaar die ook is.

De regering keert de logica om: in plaats van werk van betere kwaliteit te creëren, dwingt ze mensen slechter werk te aanvaarden. Denktank Minerva legt uit waarom dat precies is wat grote bedrijven willen: “Door werkzoekenden te dwingen te kiezen voor deze jobs ontneem je elke incentive voor werkgevers om te investeren in de loons- en arbeidsvoorwaarden van die jobs. Zowel werkzoekenden en werknemers zijn daarvan de dupe. Eigenlijk worden de voordelen die een krappe arbeidsmarkt voor werknemers biedt, namelijk de druk op werkgevers om betere en beter verloonde jobs aan te bieden om nog volk te vinden, zo actief tegengewerkt.”

Dit past in een bredere aanval van de Arizona-regering op de hele werkende klasse. Loonsverhogingen worden nog eens twee jaar geblokkeerd, premies voor nachtwerk en overuren staan onder druk, vaste jobs worden de uitzondering. Het reserveleger van mensen zonder werk - of ze nu werkzoekend, ziek of vervroegd met pensioen zijn - moet maximaal ‘geactiveerd’ worden als hefboom: hun rechten worden systematisch afgebouwd en ze worden onder druk gezet om uiteindelijk toch eender welke job aannemen, tegen eender welk loon. Hoe meer mensen onderling moeten concurreren voor dezelfde onzekere jobs, hoe makkelijker het is om lonen laag te houden en winsten voor het grootbedrijf te verhogen.

7. Pak de werkloosheid aan, niet de werklozen

“De beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de duur zal geen passende jobs tevoorschijn toveren of discriminatie doen verdwijnen”, stelt Maarten Gerard, hoofd van de studiedienst van het ACV. “Daar is beleid voor nodig. Daar ligt de echte uitdaging voor de federale en regionale regeringen. We moeten een systeem opbouwen waarin iedereen als volwaardige werknemer kan deelnemen aan de arbeidsmarkt”.

Wie werkloosheid écht wil bestrijden, pakt niet de werklozen aan - maar de drempels die mensen van werk houden. Dat vraagt investeringen en keuzes. Garandeer bijvoorbeeld voldoende en betaalbare kinderopvangplaatsen. Investeer in ondersteuning en opleiding (VDAB, Actiris en Forem). En in plaats van onzekere banen te creëren, flexi-jobs uit te breiden en overuren te maken, moeten er kwalitatieve jobs worden gecreëerd.