Op de graanbeurzen zijn ook veel speculanten aanwezig.
Peter Mertens. Klopt. Op de graanbeurs kan je speculeren op mogelijke tekorten aan graan, zonder dat je zelf graanhandelaar bent. Het Japanse pensioenfonds is een van de belangrijkste speculanten op die beurs. Gekker moet het niet worden. Met ons geprivatiseerd pensioengeld wordt gespeculeerd op graan, waardoor we uiteindelijk meer moeten betalen voor brood, rijst of maïs.
De grote prijsstijgingen komen enerzijds door de monopolieprijzen, anderzijds door speculatie. Dat bevestigen onder meer de VN, Oxfam en de Wereldvoedselorganisatie. De gevolgen zijn dramatisch. In Duitsland, een van de rijkste economieën van Europa, kan één op de tien gezinnen zich niet elke dag een gezonde maaltijd permitteren.
Je hoort sommige economen toch ook zeggen dat de lonen oorzaak zijn van prijsstijgingen? Klopt dat dan niet?
Peter Mertens. Dat is een vreemde stelling. De lonen nemen al twintig jaar af, ook bij ons. Met de loonwet zijn de reële lonen met twee procent gedaald. Hoe kunnen ze dan de prijzen doen stijgen? De economiste Isabel Weber vergeleek de periode na de twee wereldoorlogen met die na de coronapandemie. Periodes waarin de economie terug opgestart moest worden. Ze stelde vast dat grote bedrijven in beide periodes hun winstmarges verhoogden. Het stof van de chaos is nog niet gaan liggen en de mensen hebben het niet door. Vandaag is dat ook zo. Daarom pleiten wij in het parlement voor prijsregulering.
Toen Weber haar bevindingen bekend maakte, werd ze door de heersende economische kerk verketterd: “Pure emotie!” Maar verschillende onderzoeksinstellingen hebben vastgesteld dat in 2022 twee derde van de prijsstijgingen het gevolg zijn van toenemende winstmarges. Ook het IMF (Internationaal Monetair Fonds) bevestigt dat.
Je richt je pijlen op multinationals en speculanten. Critici zullen zeggen: “Bij de PVDA zijn het altijd de multinationals en de rijken die het gedaan hebben.”
Peter Mertens. De macht van grote transnationale bedrijven over ons leven is niet te onderschatten. Ik laat in het boek een voedingsspecialist van de BBC aan het woord. Die zegt dat niet alleen alle biodiversiteit, maar ook de voedingsdiversiteit verdwijnt. Vroeger hadden we zo’n 500.000 verschillende zaden, waarmee we een heel diverse voeding konden ontwikkelen. Dat aantal is sterk ingekrompen. Er is nog maar één soort soja, één soort rijst, ...
We hebben de illusie dat we een enorme diversiteit hebben, maar het is een industriële diversiteit. Dat is een probleem voor ons voedingspatroon maar ook voor de toekomst. Want veel van die industriële voedingsproductie is veel minder klimaatbestendig. De impact die de vier grote voedingsmultinationals hebben op wat in onze koelkast staat, is enorm. Dat is een probleem voor het klimaat, voor de biodiversiteit, voor onze voeding én voor onze portemonnee.
Hetzelfde voor de oliebedrijven?
Peter Mertens. De winsten die de grote oliebedrijven in 2022 hebben geboekt, zijn ongezien. Het gevolg daarvan is dat de aandeelhoudersvergaderingen begin dit jaar beslisten om de klimaatplannen overboord te gooien. Voordien beloofden ze een omschakeling te maken naar fossielvrije productie. Ze zouden niet meer naar nieuwe fossiele bronnen boren. Maar nu de aandeelhouders die hoge dividenden zien, willen ze die niet laten liggen. Ze investeren opnieuw in fossiele producten. Ze plannen een uitgave van 140 miljard in oliewinning. António Guterres, secretaris-generaal van de VN, noemt dat totale waanzin.
Of het nu over voeding gaat of olie, de discussie dringt zich op over de vraag hoe we die sectoren kunnen democratiseren en in handen brengen van de samenleving, anders zijn we heel onverantwoord bezig. Ik heb het gevoel dat ik het nu nog enorm gematigd formuleer (lacht).
We zien wereldwijd de ongelijkheid toenemen. Toch zeggen mensen als filosoof Maarten Boudry dat we vooral niet naar de superrijken moeten kijken. Ongelijkheid zou geen probleem zijn.
Peter Mertens. Doordat de grote aandeelhouders eisen dat de dividenden rijkelijk blijven vloeien, wordt onwaarschijnlijk veel geld niet geïnvesteerd in bijvoorbeeld ziekenhuizen, het onderwijs of het klimaat. De banken krijgen 3,25% rente op het geld dat ze bij de Europese Centrale Bank onderbrengen. Ze maken opnieuw miljarden winst. Maar de gewone mensen krijgen ongeveer 1% en zien hun geld verdampen. En dan komen de bollebozen met hun universitaire diploma’s zeggen dat we niet mogen kijken naar de opgestapelde rijkdom. Ik zou niet weten waarom niet.
De Europese Unie vindt dat er 45 miljard besparingen nodig zijn in Europa. Dat is waanzinnig. De vakbonden zijn nu al acties aan het plannen, en ze hebben groot gelijk. Want het zijn de gezinnen die onder zo’n besparingsplannen gebukt zullen gaan, de dienstverlening zal eronder kraken. Kijk naar de kinderopvang of het openbaar vervoer, allemaal kapot bespaard. En nu zouden we opnieuw moeten besparen omdat we niet naar de rijken zouden mogen kijken. Waarom zouden we binnen dat denkkader blijven?