Wat wil Trump bereiken met zijn diplomatie rond Oekraïne?
Na de ontmoeting in Alaska tussen VS-president Trump en zijn Russische collega Poetin was het de beurt aan de Oekraïense president Zelensky om Trump te ontmoeten in het Witte Huis. Hij werd geflankeerd door Navo-baas Rutte en zes Europese leiders die vonden dat ze bij deze gelegenheid niet mochten ontbreken. Het leverde opmerkelijke beelden op die de geschiedenis zullen ingaan. Maar waarheen brengt dit hele proces ons eigenlijk?

BELGA
Pragmatisme of doorvechten?
Na meer dan drie jaar is het de eerste keer dat er een kans lijkt te zijn op een onderhandeld einde aan de oorlog in Oekraïne. Volgens Trump is Rusland akkoord om de oorlog stop te zetten onder bepaalde voorwaarden.
Poetin zou instemmen met veiligheidsgaranties voor Oekraïne in ruil voor een akkoord over territoriale toegevingen. Rusland zou dan de controle krijgen over een deel van het Oekraïens grondgebied en instemmen met een zekere integratie van het land in het westerse kamp.
Uiteraard is de inval van Rusland onder geen beding goed te praten, maar gezien de krachtsverhoudingen op het slagveld, is een of ander akkoord de enige manier om de oorlog te stoppen. Rusland maakt gestaag vooruitgang, ondanks de westerse steun voor Oekraïne Het ziet er niet naar uit dat dit in de nabije toekomst zal keren. Toegevingen zijn dan onvermijdelijk als men wil dat er een einde komt aan het geweld.
Professor Tom Sauer verwoordde dat maandag zo in De Standaard: “Omdat Rusland aan het winnen is en van in het begin uitermate gemotiveerd is, zal Oekraïne meer toegevingen moeten doen. Dat is jammer voor Oekraïne. Dat is niet fair. Maar het alternatief voor Kiev is verder vechten met het reële risico dat op korte of middellange termijn Rusland doorbraken op het terrein forceert, waardoor steden als Odessa en Charkiv in het vizier komen te liggen. Vanuit Oekraïens perspectief is pragmatisme dus te verkiezen boven doorvechten. De lokale bevolking heeft het al lang door. Nu wij nog.”
Met die laatste verwijst professor Sauer naar het feit dat volgens een onafhankelijke opiniepeiling zeven op de tien Oekraïeners momenteel voorstander is van een onderhandeld einde aan de gevechten.
Trump als vredestichter?
De gebeurtenissen van de voorbije dagen onderstrepen nog maar eens dat de oorlog in Oekraïne twee gezichten heeft: langs de ene kant een illegale invasie, maar langs de andere kant ook een proxy-oorlog tussen Rusland en de Navo, onder leiding van de VS.
Daarom hebben wij van in het begin de inval van Rusland veroordeeld, maar net zo goed het geostrategisch machtsspel, waarbij Oekraïners en Russen dienden als kanonnenvoer.
Donald Trump profileert zich nu als vredestichter en laat geen gelegenheid voorbijgaan om de schuld van de oorlog in Oekraïne bij zijn voorganger, Joe Biden, te leggen. Hoeveel keer heeft het al over “Biden’s war” gehad?
De aanpak van de Verenigde Staten is inderdaad veranderd onder Trump maar er is ook een constante: zowel Biden als Trump verdedigen het Amerikaans imperialisme en vertrekken vanuit de belangen van hun eigen land, en uiteraard vooral de belangen van de superrijken. Denk maar aan de ‘deal’ ter waarde van 500 miljard dollar die Trump in februari sloot met Oekraïne over de grondstoffen en zeldzame aardmetalen van het land.
Maar terwijl Biden dacht dat hij die belangen het best diende door miljarden in de oorlog te pompen om op die manier Rusland uit te putten, is Trump een andere mening toegedaan. Hij stelt nu vast dat dit ook een ongewenst effect heeft, en kijkt naar de belangen van zijn land op lange termijn.
In een interview met de tv-zender Fox News na zijn ontmoeting met Poetin, legde hij uit: “Mijn voorgangers, Biden en Obama, hebben een stommiteit begaan door Rusland in het kamp van China te drijven. Dat moeten we nu rechtzetten.”
Voor hem is niet Rusland, maar China de echte concurrent van de Verenigde Staten. Voor de VS is China het enige land dat hen als belangrijkste wereldeconomie van de troon zou kunnen stoten. In bepaalde sectoren moet de Chinese technologie niet onderdoen voor de Amerikaanse. De VS ziet China als een strategische rivaal. Daarom wil Trump banden aanknopen met Rusland zodat hij dat land terug kan losweken van China.
Dat is des te belangrijk geworden omwille van Trumps eigen agressieve handelspolitiek en sancties waardoor landen als India, Brazilië en andere landen uit het globale Zuiden hun heil zoeken in alternatieve samenwerkingsverbanden zoals de BRICS+. Daarin zijn Rusland en China nu net bij de voortrekkers. Het is niet moeilijk te begrijpen dat de VS die groeiende allianties liefst zo vlug mogelijk uit elkaar wil spelen.
Er zijn dus drie redenen waarom Trump gebroken heeft met de koers van zijn voorganger. Door de oorlog in Oekraïne te stoppen, verzwakt hij deze dynamiek en kan hij terug profiteren van handel met Rusland, een land met grote voorraden aan energie en grondstoffen. Maar bovenal kan hij de Amerikaanse krachten volop concentreren op Azië, waar de strategische concurrent China zich bevindt, en dat land zo ook militair omcirkelen.
Een vredestichter dus? Niets van. Het ene conflict is nog niet opgelost of de VS bereidt het volgende al voor.
Heeft Poetin zijn slag thuis gehaald?
Stel dat het inderdaad tot een vredesakkoord komt, wordt Rusland dan de grote winnaar, zoals we dezer dagen vaak horen in de media? Zo eenvoudig is het niet. Voor zover we weten zou Rusland inderdaad de controle houden over een deel van het grondgebied dat het nu bezet. Maar we mogen niet vergeten dat Poetin de lat oorspronkelijk wel veel hoger gelegd had. Hij wilde eigenlijk dat Oekraïne ‘gedemilitariseerd’ zou worden en een neutrale status zou krijgen.
Professor Sauer ziet dat Poetin toch ook wel wat water in de wijn zou doen door in te stemmen met het akkoord: “De gekrompen rompstaat Oekraïne blijft soeverein, democratisch, behorend tot de Westerse invloedssfeer, mogelijk lid van de EU op termijn, bewapend en met veiligheidsgaranties. Dat zijn allemaal zaken die Rusland niet graag ziet gebeuren, maar waarop Rusland zal moeten toegeven.”
Poetin speelt hoog spel, dat is waar. Maar het is dus zeker niet dat Rusland alles in huis gehaald heeft wat hij wilde bereiken. Verre van.
Europa krijgt de rekening gepresenteerd
En welke rol speelt Europa nog? “Mr. President, geliefde Donald, jij slaagde erin om de impasse te doorbreken in het conflict met Poetin,” zei Mark Rutte toen hij met Zelensky, Trump en zes Europese leiders aan tafel zat in het Witte Huis. Zou iemand aan de tafel zich afgevraagd hebben waarom geen enkele van de Europese leiders in de voorbije 3,5 jaar nog maar zelfs een poging daartoe gedaan had? Veel leed had kunnen voorkomen worden.
Dat Europa nu tot toeschouwer gedegradeerd wordt, heeft het vooral aan zichzelf te danken. Van bij het begin van de oorlog hebben de Europese leiders Oekraïne voorgehouden dat de oorlog enkel op het slagveld kan gewonnen worden. Pogingen tot onderhandelingen, van Turkije bijvoorbeeld, hebben ze genegeerd of zelfs gesaboteerd. Ze bleven blind achter de Verenigde Staten aanlopen toen die onder president Biden het voortouw namen in de bewapening van Oekraïne.
Dat paste in de belangen van de Europese industrie. Die wil al lang Oekraïne inlijven in de westerse invloedsfeer. In 2014 trok onze eigenste Guy Verhofstadt samen met andere Europese politici nog naar Kiev om er de opstand aan te vuren tegen het toenmalige regime van Oekraïne. Sindsdien kreeg het land, dat een belangrijke Russisch sprekende minderheid kent, een Europees gezind bestuur en werden de politieke, economische en militaire banden met de Europese Unie en de Navo verder aangehaald. Dat Rusland dat absoluut niet zag zitten, leek niemand te deren in het Westen.
Nu Trump voor een andere koers kiest, krijgt Europa de rekening gepresenteerd. Letterlijk zelfs want het moet nu de kosten betalen voor de verdere bewapening van Oekraïne. En hoewel het al sinds 2021 een strategisch partnerschap heeft met Oekraïne rond zeldzame aardmetalen, sloot de VS eerder dit jaar een deal met dat land waardoor het de controle krijgt op de ontginning van Oekraïense grondstoffen.
Moet Europa zelf zijn broek ophouden?
Intussen heeft Trump zijn norm van 5% militaire uitgaven opgelegd aan de Europese Navo-leden, tot groot jolijt van de Amerikaanse oorlogsindustrie. Enkele weken geleden kreeg Europa ook invoerheffingen van 15% opgelegd. En je kan ervan op aan dat Europa zal mogen betalen voor de wederopbouw als de wapens ooit zwijgen in Oekraïne. Als je zag hoe de Europese leiders braafjes aanschoven aan Trumps schrijftafel in het Witte Huis, is het duidelijk dat ze op dit moment niet het initiatief hebben.
Spijtig genoeg trekken ze opnieuw de verkeerde conclusie. Denk maar aan de agressieve reactie van de Franse president Macron die niet gelooft in de onderhandelingen, eist dat Europa mee aan tafel zit en die het voortouw neemt in de zogenaamde ‘coalition of the willing’, een groep landen die ermee dreigt om troepen te sturen naar Oekraïne. “Europa moet zelf zijn broek ophouden,” zeggen Theo Francken en co stoer. Wat ze daarmee bedoelen is dat Europa zichzelf moet bewapenen. Enkel wie zelf militair sterk staat, zou volgens hen meespelen op geopolitiek niveau.
Vandaar dat ze vlot meegaan in de Trump-norm van 5% voor de militarisering van onze maatschappij. Vandaar ook dat Ursula von der Leyen, de voorzitster van de Europese Commissie, het heeft over een ‘stekelvarkenstrategie’ voor Oekraïne. Europa kiest voor verdere escalatie, met de idee dat de militarisering van het continent de economie zal aanjagen en het Europees imperialisme terug op de kaart zal zetten.
Zelfs nu er eindelijk een kans is op een vredesakkoord, gaat Europa eerder op de rem staan. In plaats van dit momentum nu aan te grijpen om een nieuwe veiligheidsarchitectuur uit te tekenen voor Europa, willen ze de tegenstellingen verder aanwakkeren en op de spits drijven.
Collectieve veiligheid
In plaats van de militarisering van Europa die ons enkel naar de oorlog kan leiden, bepleiten we een totaal andere optie voor ons continent, een keuze voor solidariteit, samenwerking en diplomatie. Zelfs als Trump erin zou slagen om de wapens te laten zwijgen in Oekraïne, zal er nog lang geen sprake zijn van een duurzame vrede.
“Na zo’n vredesdeal, wanneer de gemoederen bedaard zijn, knopen Oost en West, net als bij het Helsinki-proces in de jaren zeventig, best gesprekken aan over de toekomstige inrichting van de Europese veiligheidsconstellatie”, zegt Professor Sauer, “Idealiter eindigen die in een orde die gebaseerd is op vertrouwen, respect, inclusie, samenwerking en internationaal recht, en minder op harde macht.”
Volgens hem biedt dat veel meer garanties op langdurige vrede dan het opbouwen van wapenarsenalen die het veiligheidsdilemma enkel nieuw leven in blazen, een vals gevoel van veiligheid opleveren en de volgende oorlog dichterbij zal brengen.