We brengen de PVDA dichter bij jou en jou dichter bij de PVDA.!

Download onze app

PVDA verzet zich tegen nieuwe verlaging vennootschapsbelasting

De PVDA wil de geplande verlaging van de vennootschapsbelasting van 29% naar 25% blokkeren, nu blijkt dat de belastinghervorming een gat van minstens 1 miljard euro dreigt te slaan in de begroting. “In tegenstelling tot wat de regering-Michel ons heeft wijsgemaakt, is de belastingverlaging voor multinationals verre van budgetneutraal. Het is de bevolking die na de verkiezingen de rekening zal betalen.”

vrijdag 12 april 2019

PVDA verzet zich tegen nieuwe verlaging vennootschapsbelasting

De hervorming van de vennootschapsbelasting zou geen geld kosten. Dat beloofde de regering-Michel. Het wordt echter steeds duidelijker dat die belofte op drijfzand is gebouwd. Voor grote bedrijven wordt de vennootschapsbelasting in twee tijden verlaagd: van 33,99% naar 29,58% in 2019 (op de winsten van 2018 en 2019) en van 29,58% naar 25% in 2021 (op de winsten van 2020 en volgende). De maatregelen verminderen de belastinginkomsten met in totaal 5,5 miljard euro, waarvan 4,8 miljard door de verlaging van de belastingtarieven. Omdat de regering tegelijk beloofde om fiscale achterpoortjes voor bedrijven te sluiten, zou de hele operatie ‘budgetneutraal’ zijn.

Het zwarte gat van de begroting

Zoals was te verwachten, bleek de hervorming van de vennootschapsbelasting niet budgetneutraal. “Dit is het zoveelste fabeltje van de regering”, aldus Peter Mertens. “Wij hebben vanaf dag één gezegd dat deze hervorming van de vennootschapsbelasting onmogelijk budgetneutraal kon zijn. Nu blijkt dat wij gelijk hebben, moet de hervorming gestopt worden. Met elke nieuwe belastingverlaging voor multinationals wordt het zwarte gat van de begroting alleen maar groter. Het is de bevolking die de rekening zal betalen, na de verkiezingen. Dat is onrechtvaardig en onaanvaardbaar.”

PVDA-voorzitter Peter Mertens: “Bijna de helft van de financiering van die 5,5 miljard verloren inkomsten moet zogezegd komen van de bijna-afgeschafte notionele interesten. Nochtans stelt die notionele-interestaftrek vandaag bijna niets meer voor, omdat die de algemene daling van de rentevoeten volgt. De regering mikte dus op een hypothetische opflakkering van de interestvoeten om een reële verlaging van de tarieven te financieren. Die zeepbel ontploft nu in het gezicht van de regering. Dat de regering eerst maar eens bewijst dat de hervorming wél budgetneutraal is vooraleer over te gaan naar fase twee van de tariefverlaging van 29,58% naar 25%. Show me the numbers! Wij willen de geplande belastingverlaging voor multinationals blokkeren. En dat met behoud van de volledige verlaging van de verminderde tarieven voor de kmo’s.”

Achterpoortjes voor multinationals blijven wel degelijk bestaan

Een ander fabeltje rond de hervorming van de vennootschapsbelasting is dat de verlaging van het tarief gepaard gaat met de afschaffing van de fiscale achterpoortjes die ervoor zorgen dat grote bedrijven erin slagen bijna nul procent belasting betalen.

De notionele-interestaftrek werd inderdaad grondig herbekeken, maar die stelde sowieso al niets meer voor door de algemene verlaging van de interestvoeten. Andere fiscale achterpoortjes daarentegen, zoals de vrijstelling van dividenden (definitief belaste inkomsten, DBI) of de meerwaarde op aandelen werden niet alleen behouden, maar zelfs herzien naar boven aangezien de aftrek werd opgetrokken tot 100% voor grote bedrijven (maar met striktere voorwaarden voor de kmo’s).

“De hervorming heeft zelfs nog een nieuwe aftrekpost toegevoegd”, aldus Mertens. “Speciaal voor grote internationale groepen: de fiscale consolidatie, die ook een soort monster van Frankenstein dreigt te worden, dat budgettair oncontroleerbaar is, zoals ook de notionele interesten dat ooit waren.

Topholding betaalt 0% belastingen, ondanks ‘minimumbelasting’ van 7,5%

“Tot slot valt ook het fabeltje van de minimumbelasting van 7,5% voor grote bedrijven (degene die meer dan een miljoen euro winst maken) door de mand”, zegt Peter Mertens. “We stellen bijvoorbeeld vast dat de GBL, belangrijkste holding van de familie Frère, nul euro belasting betaalde op een winst van 1,6 miljard in 2018, het eerste jaar dat onderhevig was aan de hervorming van de vennootschapsbelasting. Hoe kan dat? Wel, de regel van de minimumbelasting is niet van toepassing op de fiscale achterpoortjes waar de grote multinationals het meest van profiteren. Dat is een echte schande.”

4,8 miljard euro tariefverlaging, maar nauwelijks 2,5% voor de kmo’s

De regering beloofde dat de hervorming van de vennootschapsbelasting vooral ten goede zou komen aan de kmo’s, maar ook dat klopt niet, aldus Peter Mertens. “De fiscale achterpoortjes waar de grote vennootschappen van profiteren zijn in de feiten niet afgeschaft. En de verlaging van de vennootschapstarieven is vooral voordelig voor grote bedrijven. De verlaagde tarieven voor kmo’s dalen met 5 procentpunten, voor de grote bedrijven met 9 punten. “Van de 4,8 miljard euro tariefverlaging komt amper 2,5% ten goede aan de kmo’s. Al de rest, 97,5%, gaat naar de grote multinationals. Dat is fundamenteel oneerlijk”, besluit Peter Mertens.