We brengen de PVDA dichter bij jou en jou dichter bij de PVDA.!

Download onze app

“Seksueel geweld heeft altijd te maken met machtsverhoudingen.”

#Metoo blijft voor stevige discussies zorgen. “Selectieve overacting” volgens Jean-Marie Dedecker, de Franse filmdiva Catherine Deneuve waarschuwde voor “het klimaat van een totalitaire staat”. Is #Metoo terechte verontwaardiging of hysterie? Veel hangt af vanuit welk perspectief gekeken wordt. ACV Voeding en Diensten deed onderzoek naar seksueel geweld bij schoonmaaksters. Genderverantwoordelijke Myreine Kint vertelt er alles over.

vrijdag 12 januari 2018

“Ik kan hier uren over doorgaan”, lacht Myreine Kint. Ze heeft het dossier door en door in de vingers zitten. Met passie, gedrevenheid en een stevige dosis oprechte verontwaardiging spreekt ze over wat schoonmaaksters zoal moeten dulden van opdringerige klanten. “De enquête heeft ook onze ogen geopend. We wisten wel dat het probleem reëel was, maar we schrokken toch wel van de omvang ervan.”

We wisten wel dat het probleem reëel was, maar we schrokken toch wel van de omvang ervan

Dat die enquête er midden vorig jaar kwam, is niet toevallig. De Internationale Arbeidsorganisatie heeft het thema “geweld op het werk” uitdrukkelijk op de agenda gezet van de Internationale Arbeidsconferentie die in juni dit jaar doorgaat in Genève. De internationale vakbondskoepel IUF, waartoe ook ACV Voeding en Diensten behoort, riep haar organisaties op om ter voorbereiding van deze conferentie de situatie in eigen land te analyseren.

Alle 51.000 vrouwelijke ACV-leden uit de drie sectoren waarin schoonmaaksters tewerkgesteld worden – schoonmaak, dienstencheques en gezinszorg - kregen de enquête toegestuurd. Er kwamen 7.363 ingevulde exemplaren terug (14,44%), meer dan voldoende om van een representatief resultaat te kunnen spreken.

De bevindingen zijn ronduit verbijsterend. Liefst 31,7% van de respondenten heeft ooit te maken gehad met seksueel geweld op het werk. Geweld dat heel uiteenlopende vormen aanneemt: van verbaal geweld (60%) over ongewenste aanrakingen (37%) tot hard fysiek geweld (1,25%).

“We kregen eerder ook al wel eens getuigenissen binnen van vrouwen die te maken hadden met verbaal of fysiek geweld op het werk. Die klachten werden dan ook individueel behandeld. Maar de enquête geeft ons nu een geobjectiveerd beeld van wat er reëel aan de hand is. Het gaat niet om een klein probleem dat zich hier en daar stelt. Nee, het is een wijdverbreid fenomeen. Niemand kan er nog omheen.”

Vrouwen hebben een naam

We kennen ze allemaal: “schatje”, “poesje”…, de veel gebezigde en zo onschuldig lijkende koos- en troetelnaampjes waarbij vaak de vraag wordt gesteld of dat nu allemaal wel zo erg is. En toch kunnen ze vrouwen een onbehaaglijk gevoel geven. “Vrouwen hebben een naam”, zegt Myreine Kint. “Ze willen dan ook met hun naam aangesproken worden. Het is misschien lief bedoeld, maar ze heten niet ‘schatje’ of ‘poesje’.”

Het is misschien lief bedoeld, maar vrouwen heten niet “schatje” of “poesje”

De schijn van onschuld is snel verdwenen wanneer de verbale spielereien wat verder gaan. “Jij hebt een lekker kontje”, “Die borsten van jou, daar wil ik wel eens tussen liggen”, “Wil je met me naar bed?”.

Vervolgens komen de losse handjes. Van een zachte aai op schouder of knie tot het ongegeneerd grijpen naar borsten en kruis. Nog klassiekers: de doorgang blokkeren zodat fysiek contact onvermijdelijk is, proberen te kussen, aan de kleren trekken om een glimp van het ondergoed op te vangen, …

Vrouwen vertellen ook over vormen van intimidatie en geweld die minder gekend zijn en soms de verbeelding tarten. Hoe de klant, terwijl zij aan het werk zijn, schaamteloos naar porno zit te kijken. Hoe ze soms gedwongen worden om mee te kijken. Hoe de heer des huizes vrolijk in zijn blootje door het huis paradeert. Niet zelden worden ze geconfronteerd met een klant die zich in hun bijzijn masturbeert. Die heren zien daar dan hoegenaamd geen graten in. “Ik raak haar toch niet aan?”, voeren ze aan, geen probleem dus.

En dan is er nog dat laatste, beschamende topje van het brute fysieke geweld. Vijftien vrouwen vertrouwden het ACV toe dat ze op hun werk aangerand en verkracht werden. Myreine Kint slaat hard op de tafel: “Dat is toch ongelofelijk? In de eenentwintigste eeuw, in onze westerse wereld waar alles zo goed heet te zijn?”

Gebrek aan respect

Omwille van hun specifieke werksituatie zijn schoonmaaksters erg kwetsbaar. Ze werken doorgaans in een afgesloten omgeving die bovendien ook nog het privédomein is van de klant. Er is geen controle door collega’s of andere klanten. Omdat de werkplek privédomein is, heeft ook de arbeidsinspectie er geen toegang.

Wanneer ze te maken krijgen met seksueel geweld, is het voor deze vrouwen lang niet altijd vanzelfsprekend om daar assertief op te reageren en verdere stappen te zetten. “We zien dat één op de vier vrouwen in onze enquête na een ervaring met seksueel geweld niets heeft ondernomen”, zegt Myreine Kint. “Omdat ze te beschaamd zijn, omdat ze denken dat het toch allemaal niets uithaalt of omdat ze bang zijn hun werk te verliezen. Slechts 4,3% heeft beroep gedaan op de vakbond.”

Bij de werkgever kan een schoonmaakster zeker niet altijd op het nodige begrip rekenen. Het probleem wordt makkelijk van tafel geveegd of er wordt gesuggereerd dat ze zelf wel aanleiding zal gegeven hebben. Soms wordt een schoonmaakster verplicht om toch opnieuw naar een zich misdragende klant te gaan, omdat het bedrijf anders niet genoeg klanten heeft. Klachten over een klant worden vaak pas ernstig genomen nadat verschillende vrouwen dezelfde ervaringen melden.

Niet zelden worden schoonmaaksters geconfronteerd met klanten die zich in hun bijzijn masturberen

“De gevolgen van seksueel geweld op het werk zijn nochtans niet te onderschatten”, benadrukt Kint. “Dat geweld is om te beginnen vernederend. Vrouwen worden gereduceerd tot lustobject. Het ontneemt hen een stuk van hun identiteit. Het getuigt ook van een ernstig gebrek aan respect. Klanten schijnen soms niet te beseffen dat die vrouwen aan het werk zijn en dat ze respectvol behandeld moeten worden. Het geeft aan dat schoonmaken als job niet serieus wordt genomen. Uit ons onderzoek blijkt dat twee op de drie vrouwen psychische gevolgen heeft ondervonden na ervaringen met seksueel geweld. Ze zijn bang, durven haast niet meer gaan werken, kunnen niet meer efficiënt functioneren. Ze keren alleen terug naar het werk omdat ze niet anders kunnen, thuis wacht een gezin. Het leidt ook vaak tot slaapproblemen, soms zelfs tot depressie en zelfmoordgedachten. En dan zijn er ook de sociale gevolgen. Vaak durven vrouwen er niets over zeggen aan hun partner, uit angst voor onbegrip en ruzie. Het kan een hypotheek leggen op een relatie.”

Dit hoort niet bij je werk

Grensoverschrijdend gedrag is vandaag een “hot item”. Schandalen rond grote binnen- en buitenlandse namen uit de wereld van film en televisie hebben een storm van verontwaardiging en protest doen losbarsten. Dat is goed, maar het probleem met stormen op het publieke forum is vaak dat wanneer ze uitgeraasd zijn, er ook geen aandacht meer is voor het probleem.

Myreine Kint heeft er alle vertrouwen in dat het hier niet zo zal lopen: “Ik denk niet dat het bij een korte storm zal blijven. Dit is te groot. En als de mediaheisa straks wat uitdooft, is dat ook niet zo erg. Te veel heisa maakt alles banaal. Als de rust terugkeert, kan het echte werk beginnen. Vergeet ook niet dat de Internationale Arbeidsorganisatie dit op de agenda van de internationale conferentie in juni heeft gezet. Dat is op zich al een revolutie, want alle landen moeten het daarmee eens zijn. Die internationale aandacht is echt enorm belangrijk. Wat niet wil zeggen dat het op voorhand al een gewonnen zaak is. We hopen natuurlijk dat er uit die conferentie bindende resultaten komen, én dat daar dan ook gevolg wordt aan gegeven.”

Voor het ACV is de enquête van vorig jaar ook beslist geen eindpunt. Ze vormt het startpunt voor een campagne waarbij op verschillende niveaus gewerkt wordt. “We hebben om te beginnen onze eigen dienstverleners een vorming gegeven over hoe ze slachtoffers van seksueel geweld moeten opvangen. Deze mensen hebben een aanspreekpunt nodig en ook de vakbond moet die rol op zich nemen. Daarnaast is er heel veel sensibiliseringswerk nodig. We moeten vrouwen duidelijk maken dat wat ze meemaken niet normaal is. Nog te veel vrouwen denken dat het gewoon bij hun werk hoort. Dat is een beangstigende vaststelling. Nee, dat hoort niet bij je werk, je moet dat aangeven. We moeten vrouwen leren dat ze moeten opkomen voor hun rechten, dat ze respect moeten eisen. Maar ook mannen moeten wakker geschud worden. Het zijn niet allemaal varkens. Ze begrijpen vaak niet dat wat zij zien als een onschuldig grapje of compliment voor een vrouw ongemakkelijk aanvoelt. Ze zien het probleem niet. Dus ook zij moeten gesensibiliseerd worden. De kwestie bespreekbaar maken en mensen vormen is heel belangrijk.”

Seksueel geweld heeft altijd te maken met machtsverhoudingen, de machtspositie van de man tegenover de vrouw

Ook op het niveau van de werkgevers in de sectoren schoonmaak, dienstencheques en gezinszorg kan er veel gebeuren. Dat is zeker niet evident. Bedrijven willen liever niet geassocieerd worden met een probleem als seksueel geweld. Ze vrezen imagoschade. “In de gezinszorg zien we zeker al dingen bewegen. Een aantal bedrijven geeft het personeel een assertiviteitstraining. Dat helpt effectief. Vrouwen die zo’n training hebben gevolgd, kunnen zich veel beter weren. We merken ook dat in de gezinszorg vrouwen vaak mondiger zijn. Ze hebben in hun sector een vertrouwenspersoon en er is ook werkoverleg. Bij de dienstencheques bijvoorbeeld is dat er niet. Het zou goed zijn als deze dingen en ook vormingen in de verschillende sectoren algemeen worden ingevoerd. En laten we niet vergeten dat er ook aan de klantzijde werk is. Daar vinden we ook mannen die onverbeterlijk zijn. Die zouden eigenlijk bij geen enkele firma nog terecht mogen.”

Praten met elkaar

Aandacht voor seksueel geweld op het werk is heel erg nodig. Maar daarbij mag zeker niet uit het oog verloren worden dat het om een maatschappelijk en cultureel probleem gaat dat zich overal voordoet. Er is dan ook een breed maatschappelijk debat nodig dat leidt tot een fundamentele verandering in de cultuur die seksueel geweld mogelijk maakt.

“Seksueel geweld heeft altijd te maken met machtsverhoudingen, de machtspositie van de man tegenover de vrouw. Die verhoudingen zijn zo hardnekkig omdat we ons maar mondjesmaat losmaken uit een patriarchale samenleving. Stapje per stapje komt er meer bewustwording. Vrouwen geven steeds duidelijker aan dat het zo niet langer kan, dat het ondergaan van dit soort gedrag geen deel uitmaakt van vrouw zijn. Het denken over de verhouding tussen man en vrouw moet anders. Media en reclame spelen hier een belangrijke rol. Ze hebben een belangrijke invloed. Zolang er samen met een nieuwe auto ook een sexy vrouw wordt verkocht… Soms zie je gelukkig ook kleine tekenen van verandering. Tussen de vele speelgoedfolders voor Sinterklaas heb ik er eind vorig jaar toch één gevonden waarin een foto stond van een meisje dat speelde met elektronisch materiaal.”

Ook op het thuisfront, in de familiale sfeer, moet aan die andere manier van denken gewerkt worden. “Praten met elkaar is van wezenlijk belang. Naar aanleiding van onze enquête vroeg ik aan mijn dochter of zij soms met grensoverschrijdend gedrag te maken heeft. Tot mijn verbazing antwoordde ze: ‘Maar ja, dagelijks’. Het gaat dan alleen nog maar over verbale vulgariteiten die haar worden nageroepen, maar dat choqueert mij. Toen besefte ik dat het voordien nooit bij me op was gekomen om hier met mijn eigen dochter over te praten. Seksueel geweld is iets waarover vrij gesproken moet worden, zeker ook in je directe omgeving. Het gezin is ook een belangrijke plek waar traditionele patronen bevestigd of doorbroken kunnen worden. Een jongen die zijn vader rare opmerkingen hoort maken over een aantrekkelijke vrouw, leert dat het normaal is om dat te doen. Een meisje leert dat het normaal is dat dit soort opmerkingen worden gemaakt. Er is zeker nog een lange weg te gaan, maar als iedereen zijn deeltje doet, dan kan er wel degelijk veel veranderen.”

 

Onderstaand artikel verschijnt ook in het magazine Solidair van januari-februari. U kunt hier een abonnement nemen.  Recente nummers kunt u kopen bij de provinciale secretariaten van de PVDA, bij de groepspraktijken van Geneeskunde voor het Volk of via de website pvdashop.be