We brengen de PVDA dichter bij jou en jou dichter bij de PVDA.!

Download onze app

Investeringsplan: Vilvaldi bereikt de zelf vastgelegde doelstellingen niet

De regering De Croo wil een totale overheidsinvestering (entiteit I + entiteit II) van 4% van het bbp bereiken in 2030, met een tussentijdse doelstelling van 3,5% in 2024. Maar die doelstelling wordt niet bereikt voor wat het federale aandeel betreft, zo berekende de PVDA.

donderdag 24 juni 2021

Investeringsplan: Vilvaldi bereikt de zelf vastgelegde doelstellingen niet

In 2019 en 2020 bedroegen de Belgische overheidsinvesteringen 2,6% van het bbp. Om 3,5% te halen in 2024 volstaat het Europese manna van 5,9 miljard euro niet. Er zijn dus bijkomende investeringen nodig. Maar wat de federale overheid betreft, is men nog ver van huis, zelfs wanneer we de enkele geplande bijkomende investeringen meetellen.

Volgens Thomas Dermine, staatssecretaris voor Relance en Strategische investeringen, zouden de publieke investeringen tegen 2024 moeten stijgen met 13,1 miljard euro om het doel van 3,5% te halen. Volgens de studie van de PVDA zou het eerder om 16,2 miljard euro gaan.

Lees hier de volledige studie

Maar in beide gevallen zijn de investeringen waarin de federale regering voorziet onvoldoende om het doel van 3,5% te bereiken, of preciezer om het aandeel van de federale overheid te behalen (18%).

Het tekort voor de federale overheid loopt tegen 2024 op tot 1069 miljard euro, als we uitgaan van de beginhypothese van de staatssecretaris, en tot 1669 miljard euro als we uitgaan van de beginhypothese van de PVDA. Dan hebben we het alleen nog maar over het tekort op federaal niveau, dat dus minder dan 20% van de overheidsinvesteringen vertegenwoordigt. Als het tekort voor de andere overheidsniveaus van dezelfde orde is, moeten deze bedragen met vijf worden vermenigvuldigd.

“Van meet af aan hebben wij aangegeven dat het investeringsplan van België lang niet tegemoet komt aan de bestaande uitdagingen op het gebied van mobiliteit, milieu en publieke dienstverlening", vat federaal parlementslid Marco Van Hees samen. “We zien vandaag dat het plan zelfs onder de doelstellingen blijft die de regering zich zelf heeft gesteld. Voeg daarbij dat het plan grotendeels toegespitst is op privaat initiatief - in plaats van op echte overheidsinitiatieven -, dat het ontbreekt aan samenhang tussen de verschillende overheidsniveaus en dat het afhankelijk is van door de Europese Unie opgelegde liberale hervormingen, dan kunnen we concluderen dat het project op zich nuttig en noodzakelijk is, maar dat de uitvoering ervan echt vragen oproept."