Militaire transporten via België naar Israël gaan gewoon door: PVDA eist militair embargo
Sinds het begin van de oorlog in Gaza passeerde meer dan 70 ton munitie en explosieven via Luik naar Israël. Dat blijkt uit vergunningen afgeleverd door de federale overheidsdienst Economie.
“Het is onwaarschijnlijk hoe de militaire transporten via ons land gewoon blijven doorgaan, in het midden van een nietsontziende oorlog in Gaza. Na de 246 ton militair materiaal via Antwerpen, is er nu ook bewijs van 70 ton munitie en explosieven die via Luik richting Israël zijn gepasseerd”, reageert Peter Mertens, algemeen secretaris van de PVDA.
Peter Mertens klaagt aan hoe de verschillende regeringen in ons land de bal naar elkaar doorspelen: “We zijn nog maar eens getuige van een bijzonder cynisch schouwspel waar regeringen de paraplu open trekken, naar elkaar wijzen en elke verantwoordelijkheid ontlopen. Dit is niet langer houdbaar. Waar blijft een nationaal, sluitend militair embargo tegen Israël?”, vraagt Mertens. Hij spoort de federale regering aan om alle regeringen van ons land zo snel mogelijk rond de tafel te brengen en dwingende maatregelen te nemen.
Peter Mertens noemt de houding van de regeringspartijen, groenen en sociaaldemocraten op kop, bijzonder hypocriet. “Ze spreken woorden van vrede, maar stellen nu al maanden lang daden van oorlog. Hoe anders kan je het noemen, als men de ogen sluit voor de doorvoer van tonnen militair materiaal richting Israël?”
“Er zijn een veertigtal vergunningen afgeleverd door de FOD Economie voor de doorvoer van ‘gevaarlijke goederen’, waarvan een deel het Israëlisch leger als eindgebruiker had. Die vergunningen zijn vervolgens onder de ogen van een tiental lokale, provinciale, gewestelijke en federale autoriteiten gepasseerd. Toch is er nergens een alarmbel afgegaan? Er bestaat nochtans een meldingsplicht bij een ‘redelijk vermoeden’ dat er militair materiaal naar conflictgebieden wordt vervoerd”, legt Peter Mertens uit.
Peter Mertens roept de federale regering op om op nationaal niveau een sluitend militair embargo af te roepen, en dat vervolgens daadkrachtig te handhaven. “De federale en regionale regeringen hebben allen boter op het hoofd. Het initiatief tot een nationaal embargo komt toe aan de federale regering, vanuit haar coördinerende bevoegdheid op het vlak van buitenlands beleid. Dat deed de Vivaldi-regering wel inzake het wapenembargo tegen Rusland, en terecht, maar doet ze niet ten aanzien van Israël. Er moet dringend een einde komen aan deze dubbele standaarden”, aldus Mertens. Hij wijst naar het voorbeeld van Spanje, dat onlangs besliste alle schepen met militaire lading bestemd voor Israël de toegang tot zijn havens te ontzeggen.
“Ondanks alle verklaringen van verschillende partijen weigert de Belgische regering nog altijd om sancties tegen Israël af te roepen en Palestina te erkennen. Dit is onaanvaardbaar en we vragen om dringende maatregelen”, besluit Peter Mertens.